Arsacal
button
button
button
button


Tolerantie en vrijheden, is dat genoeg?

Bij de lezing van minister Schippers

Nieuws - gepubliceerd: dinsdag, 6 september 2016 - 608 woorden

Minister Schippers heeft zich sterk gemaakt voor tole­ran­tie en vrij­heid in onze samen­le­ving. Daar ben ik het graag mee eens. Toch bekruipt me een onbehage­lijk gevoel na het lezen van haar tekst.

De H.J. Schoo-lezing die VVD-minister Edith Schippers heeft gehou­den gaat vooral over een intolerante vorm van Islam die de kop ingedrukt moet wor­den. Hier spreekt de minister ferme taal en dat zal het goed doen bij de kiezers die nu in groten getale naar de partij van Wilders gaan. De minister wil mensen echter niet als groep ‘weg­zet­ten’. Zij noemt zelfs een keer aanhan­gers van een gema­tigde vorm van Islam en chris­te­nen als bond­ge­no­ten samen met andere groepen in de samen­le­ving en ver­wijst op guns­tige wijze naar een liberale en wat meer vrijgevochten moslima. 

Maar tussen de regels door, of eigen­lijk zelfs tame­lijk uit­druk­ke­lijk, ziet zij de tole­ran­tie en de vrij­he­den die de laatste veer­tig jaar verworven zijn als het grote, te verde­digen goed en groepen die daar anders over denken als het grote gevaar. Onder die groepen vallen ook chris­te­nen die niet (helemaal) met de ont­wik­kelde vrij­he­den zijn mee­ge­gaan. Bijbel en Koran wor­den wat dat betreft op een lijn geplaatst. Zij geeft wel een keer aan dat chris­te­nen niet geweld­da­dig hebben gerea­geerd op ver­an­der­de normen en waar­den, maar zij is er ver­der dui­de­lijk over dat de strijd gaat tegen groepen die andere opvat­tingen hebben dan die van de heersende seculiere cultuur en dat die geen kans moeten krijgen en zeker geen subsidies. De minister ver­zucht zelfs dat men overtuigd was dat we van religie af waren als iets achterhaalds, iets waar­van afscheid was geno­men, maar dat religie nu in andere vorm in alle hevig­heid terug komt. Het is een toe­spraak die helemaal past in de lijn van het terug­drin­gen van gods­diens­tige uitingen tot achter de voordeur. Dat liet me achter met de vraag wat voor vrij­heid er overblijft voor mensen die anders denken dan de minister of de heersende liberaal-seculiere visie. Per­soon­lijk heb ik de toe­spraak van de minister ervaren als toch wel een beetje angstwekkend. 

Vrij­heid en tole­ran­tie lijken mij be­lang­rijke waar­den, daar ben ik het graag mee eens. De minister geeft zelf al aan dat er grenzen aan zijn: er mag geen tole­ran­tie voor intole­ran­tie zijn. Maar het las­tige punt is dat er gemeen­schap­pe­lijke waar­den en normen nodig zijn om dit alles te kunnen fun­de­ren, er een basis aan te geven. De vrij­heid van de een is vaak de onvrij­heid van de ander. Op het gebied van bij­voor­beeld abortus zijn daar keuzes in gemaakt die ik niet kan delen omdat ze niet passen in mijn waar­den­pa­troon dat me zegt dat je nooit een on­schul­dig mens, ook al is die nog niet geboren, mag opofferen voor een ander mens. Daar zal ik geen subsidie voor krijgen. Ik hoop dat ik dat mag blijven uitdragen! De woor­den van de minister klonken me niet al te tolerant in de oren. Maar als we aan de ene mens (bijv. de seculiere, liberale) meer rechten toekennen dan aan anderen, op wat voor basis doen we dat dan?

Ik kan me her­in­ne­ren dat in de zesti­ger jaren liefde een be­lang­rijke waarde en een uitgangs­punt was. Daarover hoor ik nu niet meer. 

Ik mis de basis, een fun­dering van de waar­den. Op den duur werkt dat niet goed uit, leidt dat tot een nieuwe onder­druk­king. Afwe­zig­heid van ieder gemeen­schap­pe­lijk fun­dament voor waar­den is een gevaar voor de rechts­staat.

Voorlopig zie ik even niets anders dan dat ie­der­een zich moet hou­den aan de wet, dat de wet ieder gelijk moet behan­de­len en dat inwoners en groepen akkoord moeten gaan met de beginselen van de rechts­staat.


Terug