Arsacal
button
button
button
button


Berg beklimmen. Maar welke berg?

Gedaanteverandering van de Heer

Overweging Preek - gepubliceerd: zaterdag, 5 augustus 2017 - 736 woorden

Bergen beklimmen, ook Jezus was daar goed in. Bij de Gedaante­ver­an­de­ring van Jezus gebeurt dat bij­voor­beeld. Die wordt dit jaar op zon­dag gevierd, omdat die feest­dag (6 au­gus­tus) op een zon­dag valt en het een Feest van de Heer is. Het is ook ons feest, want welke berg kiezen wij?

Ik heb zelf de berg Tabor, de vermoe­de­lijke plaats van de Gedaante­ver­an­de­ring, ook weleens beklommen. Je kunt na­tuur­lijk een taxi nemen, maar dat is toch niet helemaal echt. Jezus ging zelfs niet in zijn Eendje de berg op, maar met drie leer­lin­gen deed Hij die beklim­ming. Je moet er moeite voor doen. Boven heb je echt de wereld achter je gelaten en kijk je weids in de verte. Af en toe goed om zo even weg te trekken...

Bergen

Bergen spelen een be­lang­rijke rol
in het Oude en Nieuwe Testa­ment.
Dezer dagen lazen we
in de Lezingen­dienst van het Getij­den­ge­bed weer
over Elia die op de berg Karmel
de Baälsprofeten te schande zet.
In het Nieuwe Testa­ment
houdt Jezus een bergrede
en trekt Hij zich regel­ma­tig terug op een berg
om te bid­den.
Hij sterft op de Calvarie­berg
en Hij neemt afscheid van Zijn leer­lin­gen
en zendt hen op de berg in Galilea
die Hij Zijn leer­lin­gen aangewezen had.

Sinaï

In het Oude Testa­ment is de berg Sinaï
de plaats van de verbonds­slui­ting.
Op een pelgrims­tocht van veer­tig jaren
door de woes­tijn,
kwamen de Joden bij die berg van God,
waar Mozes God ontmoette
en het volk in de tien gebo­den
en alle wetten van de Heer
een leidraad voor hun leven kreeg.
Daar op die berg
ontmoette God zijn volk
en sloot met hen het verbond.

Een heel hoge berg...

Ook Jezus begon Zijn open­baar leven
op een berg.
Na het doopsel in de Jordaan
werd Hij naar de woes­tijn geleid,
waar Hij zomaar even onder meer
op een heel hoge berg werd geplaatst
en Hem door de satan
alle ko­nink­rijken der aarde wer­den getoond
waarover Hij zou kunnen heersen.

Klimmen

Bij de Gedaante­ver­an­de­ring
staat Jezus weer op een hoge berg,
maar nu wordt Hem geen aardse macht getoond
en Hij werd ook niet plot­se­ling weg gevoerd
en op die berg geplaatst,
nee: Hij heeft die zelf beklommen
en wat daar boven op die berg gebeurt
is niet het tonen van een aardse heer­lijk­heid en heer­schap­pij,
nee: Hij wordt van gedaante veran­derd
en die passieve vorm
geeft hier, zoals zo vaak in de heilige Schrift,
het han­de­len van God de Vader aan,
zoals ten overvloede nog eens wordt beves­tigd
door de stem die dan klinkt:
“Dit is mijn Zoon, de Welbeminde...”.

Toppositie

Dat is het grote verschil
met wat op die berg na het doopsel gebeurde:
Jezus hoefde daar niets te doen,
het ging van­zelf,
zon­der enige in­span­ning
kwam Hij op de top van een heel hoge berg
en daar werd Hem
een snelle en ge­mak­ke­lijke weg
naar roem en succes getoond:
heersen over alle ko­nink­rijken der aarde.
Maar deze ge­mak­ke­lijk bereikte toppositie
heeft een prijs, een hoge prijs:
Dit valt Jezus ten deel
“Als je in aanbid­ding voor mij neervalt”,
zegt de duivel.

Gegeven...genade...

De glorie die Jezus ten deel valt
op de berg van de gedaante­ver­an­de­ring,
is daar­en­te­gen onver­diend,
zij wordt ge­schon­ken om niet,
het is een genade,
die door een mens niet ver­diend
of verworven kan wor­den;
deze gave wordt gegeven om niet.
Toch heeft Jezus zich ingespannen:
Hij heeft de berg beklommen,
ook gees­te­lijk: Hij heeft de berg beklommen!
Hij heeft zo geleefd dat de Vader nu
de woor­den kan herhalen en beves­tigen
die Hij bij het doopsel van Jezus ge­spro­ken heeft:
“Dit is mijn Zoon, de Welbeminde,
in wie ik mijn welbehagen heb gesteld,
luistert naar Hem”.

Twee bergen

Ook wij krijgen op onze pelgrims­tocht
door het aardse bestaan
met deze twee bergen te maken:
de ene is de berg van de zelfver­heer­lij­king,
van het zoeken naar macht en invloed voor ons­zelf,
van heer­lijk­heid en glorie,
van liefst ge­mak­ke­lijk succes
voor ons­zelf.
Het is de berg
van de narcis­tische mens
en van de aanbid­ding van Satan
Door op deze berg te staan
ben je zelf hoger en groter
en kijk je op anderen neer.

De andere berg is die van de nabij­heid van God;
het is een berg die moeite­vol beklommen wordt,
die een afzien vraagt
en zelf­ver­loo­che­ning;
het is de berg van nede­rig­heid en dienst­baar­heid,
Door op deze berg te staan
ben je dichter bij God
en kan Zijn heer­lijk­heid over je opgaan.
Want de glans die je omstraalt
is hier het licht van Zijn ver­rij­ze­nis,
waaraan we hebben deel gekregen
toen wij tot kind van God herboren zijn.

Laten we die berg beklimmen!

Terug