Arsacal
button
button
button
button


De ‘Sprituele Alzheimer’ waar paus Franciscus het over had

H. Mis in de kathedraal

Overweging Preek - gepubliceerd: zondag, 5 november 2017 - 921 woorden
De ‘Sprituele Alzheimer’ waar paus Franciscus het over had
Kosters van de kathedraal en ceremoniaris
Kosters van de kathedraal en ceremoniaris

Op zon­dag 5 no­vem­ber - Wil­li­brord­zon­dag - was ik in de ka­the­draal voor de vie­ring van de Eucha­ris­tie. We hebben gebe­den voor de een­heid van de chris­te­nen en het wel­slagen van de oecu­me­nische dialoog. In de preek stond ik stil bij de ‘spi­ri­tu­ele Alzheimer’ waar paus Fran­cis­cus het ooit over had toen hij de Romeinse curie toesprak.

 

HOMILIE

Een kersttoe­spraak...

Ik weet wer­ke­lijk niet
of U het zich nog kunt her­in­ne­ren,
maar het was des­tijds
 - nu bijna drie jaar gele­den -
groot nieuws in alle media:
“Paus Fran­cis­cus beschul­digt de Romeinse Curie
van spi­ri­tu­ele Alzheimer”.
In zijn kersttoe­spraak tot de mede­wer­kers
van dat bestuurs­ap­pa­raat van de kerk
had de paus een hele lijst ‘kwalen’ opgesomd:
gees­te­lij­ke ziekten en verlei­dingen,
waar een mede­wer­ker in de Curie
aan zou zijn bloot gesteld.

Gewetens­on­der­zoek

Velen von­den het maar wat goed
dat de paus de Curie eens goed de waar­heid zei,
anderen von­den het niet kunnen dat hij dit had gedaan,
want welke lei­ding gevende
spreekt zijn mensen in het open­baar nu zo toe?
En Alzheimer is een heel nare ziekte.
Maar de bedoeling was
niet zozeer om die mensen van de Curie
de waar­heid eens goed in te wrijven
en te zeggen wat er fout is
- de paus had ook niet gezegd dat ze dit allemaal fout deden -,
maar om punten te benoemen
die voor een gewetens­on­der­zoek
be­lang­rijk zijn,
want een gewetens­on­der­zoek moet concreet zijn
en to the point,
het moet niet in vage alge­meen­he­den blijven steken:
hoe vervul ik mijn dienst, mijn roe­ping
in mijn beroep, in de samen­le­ving, in de kerk, in mijn gezin?
Dat is een vraag die eigen­lijk ie­der­een betreft.

Het vuur vergeten

En die spi­ri­tu­ele Alzheimer?
Die ziekte heeft met vergee­tach­tig­heid te maken.
De paus bedoelde ermee
dat we allemaal
- en echt niet alleen de Romeinse curie -
het gevaar lopen
om onze oor­spron­ke­lijke bezieling
onder te laten sneeuwen,
“de eerste liefde”
waar­mee we een taak of een zen­ding,
een beroep of huwe­lijk
be­gon­nen zijn
en dus ‘vergee­tach­tig’ te wor­den
voor het vuur van het begin,
het oor­spron­ke­lijke élan
en die taak, die relatie of wat dan ook
een beetje ‘ambte­lijk’ te gaan vervullen ,
dat de ziel eruit verdwijnt,
dat we dat niet vanuit de liefde beleven
en dus de echte vreugde gaan missen.

Ambte­lijk

Ik moest daaraan denken
toen ik het evan­ge­lie van deze zon­dag las.
Het is één van de scherpste woordjes van Jezus
tegen de schrift­ge­leer­den en Fari­zeeën.
De kern van het verwijt is
dat de ziel, de liefde, het ver­trouw­vol geloof
en de vreugde
bij die reli­gi­euze lei­ders zijn gaan ont­bre­ken.
Hun gods­dienst is uiter­lijk en onecht, ambte­lijk gewor­den.
Ze zoeken ere­plaatsen en ereti­tels,
maar hart en ziel zijn eruit.

Uiter­lijk

De Joden moesten bij het morgen­ge­bed
gebedsriemen dragen, de tefilim,
en aan de vier slippen van het bovenkleed
moesten zij gebedskwasten dragen, de zizit.
Deze reli­gi­euze lei­ders droegen de tefilim en de zizit altijd
en dan ook nog in de uit­voe­ring extra extra large
om lekker op te vallen!
Maar er zat geen hart achter, geen echte vroom­heid,
geen harte­lijke, geleefde band met God.
Het was dus niet meer de zicht­ba­re uitdruk­king
van een inner­lijk beleefde wer­ke­lijk­heid.

Geen 'vader' of 'leraar'?

En ook verlang­den zij
met alle ereti­tels te wor­den begroet.
Jezus gaat daar tegen in:
Je moet je niet laten voorstaan op titels en rangen.
Het gaat er dan na­tuur­lijk niet om
dat het voor­taan verbo­den is
vader te zeggen
tegen je papa
of leraar tegen een docent,
maar het gaat om die uiter­lijk­heid,
dat ambte­lijke, die eer van een functie
die niet aan een echte dienst­baar­heid,
aan gelo­vi­ge inzet en liefde­volle be­trok­ken­heid
voldoet.
De bood­schap van Jezus is:
Leef vanuit je hart, je goede, gelo­vi­ge hart.
Zo’n hart is altijd ook een een­vou­dig hart
en een nederig hart,
dat kan niet anders.
Zoek naar wat je hart kan voe­den.

Een gees­te­lij­ke weg

Wie - door die “spi­ri­tu­ele Alzheimer”,
zoals paus Fran­cis­cus dat noemt -,
zijn eigen gees­te­lij­ke weg vergeet,
zijn vallen en opstaan
zal eer­der oor­de­len hebben over anderen,
omdat die vergeet
dat een mens in ont­wik­ke­ling is.
We zijn allemaal een weg gegaan
met hobbels en kuilen, vallen en opstaan.
In som­mi­ge dingen moesten we groeien,
we zijn tegen grenzen aangelopen,
we kregen soms goede raad,
we hebben veel aan bepaalde mensen te danken,
en ga zo maar door...
Wie omkijkt en de weg ziet
die hij­zelf is gegaan,
verlaat de uiter­lijk­heid
en zal meer begrip voor anderen hebben.
We mogen nu eenmaal leren en groeien
met Gods hulp.

Rozen­krans

De ouderen onder U weten nog wel
dat vroe­ger ‘s avonds in de ge­zin­nen
de rozen­krans werd gebe­den.
Voor velen werd dat iets van een formali­teit,
iets uiter­lijks, wat ook nog af moest,
maar niet voor ie­der­een.
Deze week was ik bij een oudere pries­ter,
nu met emeritaat,
die me zei:
“Nog nooit heb ik zo vaak de rozen­krans gebe­den
als in deze fase van mijn leven,
dat gebed doet me goed”.
Die rozen­krans was nu voor hem
gevuld met inner­lijk­heid,
met liefde en be­schou­wing.

Met het hart

Kortom, dit is onze opgave:
alles wat we doen,
alle gebed dat we ver­rich­ten,
woor­den en daden
te vullen met ons hart;
als we iets uiter­lijk doen,
krijgt het geen goede plaats,
het wordt meer iets van status, van imago,
van een indruk die we maken,
het krijgt iets Fari­zeeïsch.
Als we iets ver­rich­ten met geloof en liefde,
als we ons hart erin leggen,
wor­den het iets moois en rijks,
iets met inhoud en een dienst.

Laten we de Heer vragen
dat we onze missie in dit leven
met gelo­vi­ge in­spi­ra­tie
mogen kunnen vol­bren­gen,
zon­der spi­ri­tu­ele Alzheimer.
Amen

Terug