Arsacal
button
button
button
button


Patroonsfeest van Dionysius in Heerhugowaard

Aanstelling buitengewone bedienaren van de communie

Overweging Preek - gepubliceerd: zondag, 12 oktober 2014 - 1195 woorden
anstelling van de buitengewone bedienaren
anstelling van de buitengewone bedienaren (foto: Benny van Lochem - Vidal)

In de H. Dio­ny­sius-pa­ro­chie van Heer­hu­go­waard werd op zon­dag 12 ok­to­ber het patroons­feest gevierd. Nee, niet de Parijse Saint Denis is die patroon maar de Areopagiet uit de Han­de­lin­gen van de Apos­te­len. Meer over hem hier­on­der in de homilie. Op dit feest heb ik bui­ten­ge­wone be­die­naren van de heilige communie aan­ge­steld.

Dit zijn mensen uit de pa­ro­chie die daarvoor een cursus hebben gevolgd op De Tilten­berg en met een zen­ding van de bis­schop de heilige communie mogen uitreiken tij­dens de Eucha­ris­tie­vie­ring en thuis aan de zieken. Ook mogen zij het heilig Sacra­ment uitstellen (maar niet de zegen geven). Zij heten “bui­ten­ge­wone be­die­naren” omdat zij hun taak vervullen als er niet voldoende pries­ters of diakens zijn.

De Eucha­ris­tie­vie­ring waarbij pastoor Frank Domen con­ce­le­breerde en diaken Eelke Ligthart assis­teerde was goed en fees­te­lijk ver­zorgd, met een kin­der­woord­dienst en opge­luis­terd door de drie pa­ro­chiekoren, vele mis­die­naars en acolieten.

Na afloop was de flinke pa­ro­chie­zaal nog te klein om alle pa­ro­chi­anen te kunnen bevatten die het feest daar nog wat kwamen voort­zet­ten.

Homilie

Geraakt...

We vieren dus vandaag
het feest van de heilige Dio­ny­sius,
die een voorname positie in Athene bekleedde,
want hij was lid van de Areopaag,
het hoog­gerechtshof dat zetelde
op de heuvel van Ares in die stad.
Daar hoorde hij de apostel Paulus
preken over een onbekende God.
Veel mensen kwamen luis­te­ren,
want de Atheners en alle inwoners van de stad
waren dol op praatjes en nieuwtjes,
zo ver­tellen de Han­de­lin­gen van de Apos­te­len.
Mensen hiel­den zich er bezig met allerlei filo­so­fieën
en met alles wat maar inte­res­sant kon zijn.
Dus ze wil­den die Paulus weleens horen.
De mensen von­den het nog wel aar­dig
toen Paulus ver­telde dat God ons alles schenkt,
dat wij ons leven en onze adem aan Hem danken
en dat Hij niet ver is van ieder van ons.
Maar toen hij begon over het oor­deel
en over de verlos­sing
door de dood en de ver­rij­ze­nis van Jezus Christus,
haal­den ze hun sch­ou­ders op
en liep bijna ie­der­een weer weg.
Toch waren er dus een paar
die door de woor­den van Paulus wer­den geraakt
en die tot geloof in Jezus Christus kwamen.
Één van hen was
de patroon­hei­lige van Uw pa­ro­chie:
de heilige Dio­ny­sius de Areopagiet.
De overleve­ring zegt ons dat hij later
bis­schop van Athene werd
en dat hij als marte­laar gestorven is
in de christen­ver­vol­gingen.

Vaak is hij in later tijd verward
met de heilige Dio­ny­sius van Parijs,
zodat som­mi­gen dachten
dat de heilige Areopagiet
naar Parijs verhuisd zou zijn,
maar dat berust op een vergis­sing.

Ik hoop dat U het ook weleens hebt mee­ge­maakt:
een woord, een inge­ving, een erva­ring
waardoor je een nieuw inzicht krijgt,
waardoor je Gods te­gen­woor­dig­heid ervaart,
waardoor je mis­schien een nieuwe rich­ting krijgt gewezen,
waardoor je ineens mag merken
dat je er toch niet alleen voor staat.

Dio­ny­sius had dat dus daar op die Areopaag.

De knipoogjes van God in ons leven...

Het zijn momenten om niet te vergeten,
om er met dank­baar­heid aan terug te denken,
want het is be­lang­rijk
om die af en toe eens terug te halen
om voor jezelf te weten:
ik ben niet alleen,
er is Iemand die van mij houdt,
Iemand die voor mij zorgt
tot over de grenzen van de dood heen.
Het is be­lang­rijk om dat terug te halen
omdat er ook zoveel momenten zijn
dat alles duister is,
dat je met vragen zit,
mis­schien zelfs niet meer weet hoe het ver­der moet.

Na­tuur­lijk die momenten zijn een gave,
een cadeautje, een knipoogje van God.
Wat kunnen wij eraan doen?

Vaak is het echt een genade
die je over­komt.
Ik hoorde deze week nog van een man in Am­ster­dam,
die niets had met kerk en geloof,
maar een kerk was binnen gelopen
waar uit­stel­ling was van het heilig Sacra­ment:
de Hostie stond in een monstrans op het altaar,
wat kaarsen, wat licht en wat bid­dende mensen.
De man werd diep geraakt
en meldde zich om gedoopt en katho­liek te wor­den.
De Heer had hem uit­ge­no­digd
en die uit­no­di­ging had hem diep geraakt
en hij was opgestaan
om een nieuwe weg te gaan.

Het evan­ge­lie verhaalt ons vandaag een parabel,
een gelijkenis die Jezus ver­telt.
De koning geeft een bruilofts­feest voor zijn zoon
en stuurt zijn dienaren
om de gasten uit te nodigen
en daarna nog een keer om de geno­dig­den te mel­den
dat alles gereed was.
Maar zij kwamen niet.

De gelijkenis van Jezus

U had al wel begrepen dat met die koning
God zelf wordt aangeduid
en die die­naars zijn de profeten
en alle andere mannen Gods,
die vóór Christus had­den opge­roe­pen
tot beke­ring en open­heid voor God.
En toen de tijd van het bruilofts­feest,
het nieuwe verbond van God met Zijn volk,
geko­men was,
waren er dienaren Gods uit­ge­stuurd
maar de geno­dig­den
wil­den de bood­schap niet aan­vaar­den
en ze hebben Jezus aan het kruis gebracht.

Toch gaat de parabel na­tuur­lijk niet alleen maar
over de mensen toen,
over die hoge­pries­ters en oudsten van het volk,
die schrift­ge­leer­den en Fari­zeeën,
die Jezus niet wil­den aan­vaar­den.
Nee, het gaat in feite over ons allemaal,
dat wordt eigen­lijk wel dui­de­lijk
wanneer we de smoesjes horen
waar­mee de uit­no­di­ging wordt afgewim­peld:
ze zijn allemaal bezig met hun eigen dingen:
hun akkers, hun zaken,
dat neemt hen helemaal in beslag.
Ze ervaren de bood­schap van die dienaren
zelfs als een inbreuk op hun eigen wereldje
en die dienaren wor­den mis­handeld en vermoord.

Ruimte maken...

Dit is iets wat ons ge­mak­ke­lijk kan over­ko­men,
dat we zo druk zijn met onze eigen dingen,
zo opgaan in eigen zorgen en problemen,
in ons werk, in onze zaken, in van alles en nog wat,
dat de bood­schap van die dienaren
eigen­lijk niet meer welkom is,
dat de inner­lijke open­heid begint te ont­bre­ken,
de vrij­heid, de ruimte
om Gods bood­schap voor ons leven
te kunnen horen en ervaren.
Om te begrijpen wat God met je voor heeft,
om te zien hoe Hij voor je zorgt
en welke weg Hij je wijst,
moet je eerst wat vrij­heid scheppen,
een inner­lijke ruimte,
een beetje afstand van jouw beperkte mensen­vi­sie
op de dingen....

In het evan­ge­lie is het zo
dat de mensen van wie je zou ver­wach­ten
dat ze op Jezus’ bood­schap ingaan
omdat het zeer gelo­vi­ge, gods­diens­tige mensen zijn,
dat meestal toch niet doen,
terwijl andere mensen
die veel ver­der staan
en weinig of niets doen aan God of gebod,
ineens blijken open te staan of open te gaan
voor het Woord van de Heer.

Je moet soms eerst meer afstand nemen,
even weg om
je akker, je zaken, je zorgen, je werk, je gezin, je problemen
niet de allesover­heer­sende hoofd­plaats in te laten nemen,
waardoor er niets meer bij kan,
waardoor een nieuw geluid niet kan wor­den gehoord.

Ook in de parabel van vandaag
zijn het de on­ver­wachte mensen
- op de kruis­pun­ten van de wegen -
die open staan
en de uit­no­di­ging aan­ne­men
om naar het bruilofts­feest te gaan.

De heilige Dio­ny­sius was dus zo iemand.
Allerlei mensen om hem heen
haal­den hun sch­ou­ders op,
gingen weg, hun eigen weg
naar hun zaken of hun akkers,
maar hij had ruimte,
hij liet zich raken.
Dat je door God geraakt wordt,
is een genade, een cadeau;
een cadeau kun je niet opeisen,
maar we kunnen wel wat voor­be­rei­dend werk doen,
ons openen, ruimte scheppen,
niet te veel belang hechten
aan wat uit­ein­delijk niet zo be­lang­rijk is,
enzo­voorts.
Dan hebben we ruimte
om een uit­no­di­ging aan te nemen....
Amen.

Terug