Arsacal
button
button
button
button


Eeuwige professie en monastieke wijding in Aalsmeer

Nieuws - gepubliceerd: woensdag, 15 april 2015 - 817 woorden
Met zuster Maria Donata na de plechtigheid
Met zuster Maria Donata na de plechtigheid

Op woens­dag­mid­dag 15 april heeft zuster Maria Donata Ancilleri de eeuwige professie afgelegd en de monialen­wij­ding ont­van­gen in de kerk van Onze Lieve Vrouw van de Berg Karmel in Aalsmeer, die naast het Benedic­ti­nessen­klooster ‘Maria, tempel van de heilige Geest’ ligt. Door de eeuwige professie verbindt de zuster zich voor haar gehele leven aan haar monas­tieke klooster­roe­ping. Vele gelo­vi­gen uit binnen- en buiten­land waren getuigen van de plech­tig­heid

Tijdens de vie­ring las zuster Maria Donata na de preek en de ondervra­ging met luide stem haar professie­for­mu­lier voor, dat ver­vol­gens aan allen werd getoond en op het altaar gelegd. Daarna volgde een plech­tig­heid die veel lijkt op die van de wij­ding tot het gewijde ambt van diaken en pries­ter, al gaat het bij deze monialen­wij­ding om een sacra­mentale (ze­ge­ning of heilige han­de­ling inge­steld door de Kerk) en niet om een sacra­ment (waar­van er zeven zijn, die terug­gaan op de in­stel­ling door Christus). Ook in deze plech­tig­heid - zoals bij de diaken- en pries­ter­wij­ding - wordt de litanie van alle heilige gezongen en een plech­tig wij­dings­ge­bed gebe­den waarbij de cele­brant zijn han­den over de zuster uitstrekt. Daarna wor­den ver­schil­lende attributen overhan­digd: de ring, sluier en kovel en het monas­tiek getij­den­boek. Tenslotte heten de abdis en de andere zusters de nieuw geprofeste welkom met een vredewens.

Zuster Maria Donata is afkoms­tig uit Malta en zij maakt deel uit van een zeer inter­na­tio­nale commu­ni­teit van der­tien bene­dic­ti­nessen in Aalsmeer, die daar twee jaar gele­den is geves­tigd. Op dit moment waren er ook nog enkele jonge meisjes die wat van het kloosterleven kwamen meemaken. Het klooster heeft een voorlopige status en hangt af van het moe­der­kloos­ter Santa Maria delle Rose in Sant’Angelo in Pontano in Italië. De abdis van dit klooster, Madre Elisabetta, was aanwe­zig om de professie af te nemen.

Tijdens de homilie heb ik erop gewezen dat we een geheim van liefde vier­den. In de teksten van de monialen­wij­ding wordt herhaal­de­lijk gewezen op en gebruikt gemaakt van de bruidssymboliek. De ring is bij­voor­beeld een teken van het huwe­lijksverbond met de Eeuwige koning Christus. Hoewel wij allen door het doopsel zijn ingevoegd in het verbond van liefde dat God met ons heeft gesloten, wordt de moniale dat door de consacratie op een nieuwe wijze en een nieuwe titel: zij wordt in dit verbond opgeno­men als bruid.

Maar wat is liefde? De wereld waarin wij leven spreekt vaak van liefde maar het is vaak een “hou­den van” dat gericht is op zich­zelf. We zeggen: “Ik houd van taartjes” en bij liefde en ‘hou­den van’ gaat het vaak om het genot en de lust en het bevre­digen van eigen verlangens. Seksua­li­teit die de hoogste licha­me­lijke uitdruk­king van men­se­lijke liefde zou moeten zijn, is verwor­den tot een spel en behoeftenbevre­diging.

Maar hier vier­den we een andere liefde, waarover we in het evan­ge­lie van de dag hoor­den: “Zozeer heeft God de wereld lief gehad, dat Hij zijn enige Zoon heeft gezon­den”. Dat is dus een gevende liefde. Dat beant­woordt aan onze erva­ring. Wat heeft ons gelukkig gemaakt? Waar hebben we liefde ervaren? Waar iemand zich gaf... Wat een geluk en een bijdrage aan onze per­soon­lijke groei als we gedragen mochten wor­den door de liefde van iemand die zich­zelf voor ons gaf.

Deze liefde heeft ver­schil­lende kenmerken, zo heb ik voorts in de preek aange­ge­ven: het eerste kenmerk is dat die liefde gave is, een gave van God. In de monialen­wij­ding komt het mooi naar voren waar staat dat de zuster is veroverd door Gods liefde. Hij is het die ons heeft bemind en Zijn liefde in ons hart heeft gelegd. Dit is een grote gave. De tweede lezing uit de eerste Timoteüs brief (4,8-16) riep op om die gees­te­lij­ke gave niet te ver­waar­lozen.

Deze liefde brengtr ons er dan ook toe ons­zelf te geven, zoals God zelf ons dat heeft voor­ge­daan. dat geven kan pijn doen, want het kruis is erbij in­ge­slo­ten, zoals dat bij Jezus was in­ge­slo­ten.

Voorts moet een kenmerk van die liefde de vreugde zijn. Paus Fran­cis­cus heeft hier reeds vele malen op gewezen, onder meer in het do­cu­ment waarin hij het jaar van het gewijde leven uitriep. Deze liefde brengt vreugde teweeg omdat die uit­zicht geeft en hoop. Die liefde moeten we uitstralen en door­ge­ven door ozne vreugde! Die vreugde trekt anderen aan. Ga bij moei­lijk­he­den naar die fun­da­men­tele vreugde.

Deze liefde is een weg. Zoals het in de monialen­wij­ding wordt uitgedrukt: het gaat om een streven naar de volmaakte liefde met standvas­tig­heid en geduld. Je bent een zwakke mens, je bent op weg en je moet op weg blijven.

Wij zijn vol vreugde over de liefde die zuster Mara Donata geeft in ant­woord op Gods liefde voor haar en bid­den dat God die het goede werk is be­gon­nen, het ook zal voltooien.

Terug