Arsacal
button
button
button
button


Meer dan bed, bad en brood: een hart voor mensen

Zondag van de goede herder en roepingenzondag

Overweging Preek - gepubliceerd: zondag, 26 april 2015 - 1105 woorden
Wake bij het detentiecentrum asielzoekers Schiphol
Wake bij het detentiecentrum asielzoekers Schiphol

De vierde zon­dag van Pasen is de zon­dag van de Goede Herder. Het is tevens roe­pingen­zon­dag, een dag waarop we bij­zon­der om pries­terroe­pingen bid­den. Maar de oproep om een goede her­der te zijn gaat ver­der dan alleen een pries­ter. In de tijd van bed, bad en brood en van tien­dui­zen­den mensen die in wanhoop situaties van erns­tige nood, ver­vol­ging en terreur ontvluchten, moet die oproep tot zorg­zaam­heid aan allen klinken. Een mens mag geen wegwerpproduct wor­den. Daarover heb ik onder meer ge­spro­ken in de homilie die ik op deze zon­dag van de Goede Herder in de St. Bavo­kerk in Heem­ste­de heb gehou­den.

Homilie

Mis­schien is dit wel het mooiste,
meest geliefde beeld van Jezus
dat we kennen:
het beeld van de Goede her­der,
die zijn schaapjes opzoekt
en dat verloren schaapje
vol zorg en liefde op zijn sch­ou­ders legt.
Het is die goede her­der die zijn schapen kent
en alles voor hen over heeft,
ja zelfs zijn leven voor hen geeft
en hen verde­digt als dat nodig is.

Goede her­ders om ons heen...

Wat is het mooi, bemoe­digend en beves­tigend
als je die liefde mag ervaren.
Mis­schien hebt u ouders of hebt u ouders gehad
die voor u waren als de goede her­der:
iemand die er wer­ke­lijk voor je is.
Dat is een grote genade.
Als mensen als de goede her­der zijn,
geeft dat vreugde, rust en vrede,
een inner­lijke zeker­heid,
het gevoel dat je er mag zijn.
Als pries­ter heb ik vaak mogen merken
hoe be­lang­rijk dit is.
Als mensen goede her­ders om zich heen ervaren,
zal dat veel bijdragen aan hun geluk.
Iemand die best wel erg ziek is
en ervaart dat hij of zij niet tot last is,
maar ge­waar­deerd wordt,
er echt mag zijn met z'n breek­baar­heid
en dat de mensen om hem heen
blij zijn om zorg en liefde te kunnen geven,
die zal zelf ook vreugde in z’n hart ont­van­gen:
ik ben van waarde, ik tel mee, ik mag er zijn,
ik ben niet een last­post waar ze liever van af willen.
Ik denk dat we allemaal ervaren en beseffen
hoe veel mooier onze samen­le­ving zou zijn
als zij die sfeer zou ademen!
Ik denk zelfs dat er dan weinig meer
om eutha­na­sie gevraagd zou wor­den;
harte­lijke zorg en liefde,
aan­dacht en het gevoel er te mogen zijn,
vormen de basis­be­hoef­ten
van ons men­se­lijk bestaan!
Veel meer is er niet nodig
om gelukkig te kunnen zijn.

Vluch­te­lingen: Is er iemand die voor hen zorgt?

Maar helaas:
de wereld is zo niet;
we zien voor onze ogende armen sterven,
omdat zij radeloos en reddeloos waren,
gevlucht uit een van het groeiende aantal lan­den
dat getekend wordt door armoede, chaos
en fun­damentalis­tisch geweld.
Zij zagen geen uitweg meer.
Velen zijn verdronken
Zij komen uit een situatie
waarin een men­sen­le­ven
een gebruiksvoorwerp
en een wegwerpartikel is.

Dit is vre­se­lijk,
maar aan de andere kant
heeft het wel weer iets moois
als we zien dat er toch veel mensen zijn,
vaak geïnspireerd door hun geloof,
door hun christen-zijn,
proberen iets voor deze vluch­te­lingen te doen.
Ja, ze zijn er nog wel:
mensen die goede her­ders zijn
in een vaak meedogen­loze wereld.

Onze Neder­landse samen­le­ving

Na­tuur­lijk mag ik de situatie
van onze Neder­landse samen­le­ving
op geen enkele manier ver­ge­lij­ken
met de tra­gische omstan­dig­he­den
waarin deze lij­dende mensen verkeren.
Toch wordt ook hier in Neder­land te vaak
in feite de bood­schap ge­com­mu­ni­ceerd
dat mensen niet meer mee­tellen
als ze niet produceren,
geen eco­no­mische bijdrage kunnen leveren
als ze niet gezond en krach­tig zijn.
Wij moeten keer op keer als katho­lie­ken
laten zien en laten weten
dat niet het hebben en het kunnen,
maar het mens-zijn telt.
Je bent waarde­vol,
daar hoef je niet eerst iets voor te doen.

Verzakelij­king van de zorg

De maat­schap­pij doet ener­zijds
steeds vaker een beroep op man­tel­zorg,
aan de andere kant
wor­den de moge­lijk­he­den voor mensen
om die zorg te kunnen verlenen
steeds kleiner.
In verple­ging en zorg
ligt de nadruk vaak op het ver­rich­ten
van een paar om­schre­ven han­de­lin­gen,
een paar concrete dingen
die de ver­zor­ging binnen een bepaalde tijd
voor iemand mag doen:
dit en dat moet gedaan wor­den,
binnen zoveel tijd;
niet zozeer staat de relatie centraal
van mens tot mens
en wat iemand vreugde geeft
en zich erkend en bemind doet weten.
Meer de nadruk op het doen
en min­der op het zijn of het er-zijn.
Toch is dat laatste het waar het
bij het sa­men­le­ven van mensen om gaat:
uit­ein­delijk gaat het erom
of we de harte­lijke liefde
van God voor ieder van ons
een beetje zicht­baar maken,
of ieder mens telt,
of we goede her­ders willen zijn.

Goede her­ders nodig in de samen­le­ving!

Er zijn goede her­ders nodig!
Het ergste wat we
van een samen­le­ving zou­den kunnen zeggen, is
dat alles wel goed is geor­ga­ni­seerd,
maar dat er geen hart in zit,
dat de liefde ontbreekt,
dat de mens eigen­lijk
een wegwerpproduct is gewor­den.
We zijn gelukki­ger met mis­schien
iets min­der organi­sa­tie,
maar met meer spontane harte­lijke aan­dacht
en zorg voor elkaar.

Dat wij door God wor­den gekend en bemind,
dat Hij ons heeft liefgehad
en Zijn leven voor ons heeft gegeven,
dat Hij een­heid brengt
en geen ver­deeld­heid wil,
dat Hij er voor ons is,
dat is tege­lijk het ideaal­beeld
voor ons eigen sa­men­le­ven met elkaar.
Ook hierin zijn wij ge­roe­pen
om beeld van God te zijn.

Goede her­ders nodig in de Kerk!

Ook in de Kerk zijn goede her­ders nodig.
Deze zon­dag vieren we daarom roe­pingen­zon­dag.
Dat betekent dat we bid­den
om goede pries­ters voor de Kerk.
Zeker, er zijn nog heel veel andere
mooie, goede roe­pingen,
allemaal heel be­lang­rijk,
maar één keer per jaar bid­den we toch speciaal
voor deze intentie.
Wij vragen goede her­ders voor onze ge­meen­schap,
pries­ters die uit­gaan naar mensen,
die de harte­lijke liefde van God
voor alle mensen,
zicht­baar gestalte willen geven.
Een pries­ter viert de Eucha­ris­tie,
waarin Jezus Zijn leven geeft voor de mensen:
Dit is mijn lichaam voor U,
dit is mijn bloed voor U vergoten.
Dat is het wat hij ook in het dage­lijks leven
mag doen:
zijn leven geven voor de mensen,
in deze wereld
de geest en de liefde van de goede her­der brengen.
Je verdient geen topsala­ris als pries­ter
en de tijd dat mijnheer pastoor
voorzich­tig met eerbied en respect
werd behandeld,
dat ie­der­een knikte en boog,
die tijd ligt al wel even achter ons.
Maar behalve het snelle geld,
is er ook nog een andere belo­ning:
de belo­ning hierboven
en die van de voldoe­ning.
Want we wor­den niet gelukkig
door wat we kunnen pakken,
we wor­den gelukkig door wat we hebben gegeven.
In die zin is het pries­ter­schap
een heel mooie roe­ping
waar ik nog steeds gelukkig mee ben.

Laten we bid­den om goede her­ders
in de Kerk,
in de wereld
en laten we proberen zelf
een beetje te lijken
op die ene Goede Herder.
AMEN.

Terug