Arsacal
button
button
button
button


Het belang van eerbied en stilte...

Derde zondag van de veertigdagentijd B

Overweging Preek - gepubliceerd: zondag, 4 maart 2018 - 673 woorden
De St. Vituskerk in Hilversum
De St. Vituskerk in Hilversum
Kruiswegstatie in de Vituskerk
Kruiswegstatie in de Vituskerk
Hoofdaltaar van de St. Vituskerk
Hoofdaltaar van de St. Vituskerk

Op de derde zon­dag van de veer­tig­da­gen­tijd was ik niet - zoals was voor­zien - in de ka­the­draal, maar in de sint Vitus­kerk in Hilversum, waar de pastoor door een hevige griep was geveld. Bis­schop Jozef Punt was bereid de hoog­mis in de ka­the­draal over te nemen.

Homilie

Voorhoven

De tempel van Jeru­za­lem
was let­ter­lijk een schit­te­rend gebouw.
Er was lang aan gebouwd
en het geheel was bedekt met gou­den platen.
Het eigen­lijke tempel­ge­bouw
mocht alleen door de pries­ters wor­den betre­den.
Daarvoor lagen voorhoven,
pleinen voor de Joden,
waar zij kon­den bid­den en de offers kon­den bijwonen
en daar voor lag een voorhof van de hei­denen,
een plaats waar ie­der­een kon komen.

Weg ermee!

Daar werd dat vee ver­handeld en geld gewisseld,
zoals het evan­ge­lie ons vandaag verhaalt.
Dat geld was voor de tempel­be­las­ting
en het vee was voor de offers.
Jezus windt zich dui­de­lijk op
over dat gehandel en gewissel:
“Weg ermee!
Maak van het huis van mijn Vader
geen markthal”.

Gewijde stilte

Nu is inder­daad de ruimte die wij voor God maken
altijd breek­baar en kwets­baar.
Als U bij­voor­beeld weleens op een stille retraite bent geweest,
weet U hoe door­drin­gend lawaai dan kan zijn.
Maar ook als U bij­voor­beeld
eens stil zit te bid­den in de kerk
- waar een kerk toch voor bedoeld is -
en twee mensen lopen kletsend binnen
dan hebben die twee mensen
na­tuur­lijk nergens last van,
maar voor degene die aan het bid­den is,
is de gewijde stilte verbroken,
die wordt er uit gehaald.
Toch is de stilte heel be­lang­rijk:
daar komen we inner­lijk
tot een nieuwe diepte,
daar ont­moe­ten we God,
daar leren we anders
naar ons leven te kijken,
daar openen we onze ziel.

Ko­nink­rijkjes

Zelfs in en rond een kerk
kan het ge­mak­ke­lijk om andere dingen gaan:
eigen belang, eigen ko­nink­rijkjes, eigen positie,
jaloezie, weinig begrip voor een ander,
dat komt zelfs weleens onder mensen voor
die in en rond een kerk­ge­bouw werken
- hier na­tuur­lijk niet, maar het komt voor -
en zo was het ook in de voorhof
van de tempel van Jeru­za­lem,
waar de afgo­derij van het geld en handels­be­langen,
onder een vroom sausje,
het had­den over­ge­no­men
van de ware gods­dienst.

Wat drijft mij?

Het stelt na­tuur­lijk ook aan ons de vraag:
waar word ik door bewogen,
wat drijft mij?
Is het eigen belang
of de liefde tot God en de naaste?
Die vraag moeten we ons eigen­lijk stellen
bij alles wat we doen.

De wereld wil mij achterna...

Jezus zal die goede geest en sfeer in de tempel
zeker be­lang­rijk hebben gevon­den.
We weten tenminste uit het evan­ge­lie
dat Hijzelf regel­ma­tig de stilte en afzon­dering opzocht.
Vaker lezen we dat Jezus
in de stilte, boven op een berg,
bleef bid­den.
En dat voor ons zo’n plaats
vaak moei­lijker is te vin­den,
wist ook de dichter al,
- Guido Gezelle - toen hij dichtte:
“Gij bad op ene berg alleen,
maar Jezu is vind er geen
waar ik hoog genoeg kan klimmen
om u alleen te vin­den,
de wereld wil mij achterna...”.
Laat ons christen-zijn niet alleen maar zijn
dat we dingen doen,
voor de kerk of in ons dage­lijks leven,
maar ook en vooral een relatie,
een band met God die we beleven.

De ware tempel

Toch is er meer
dat dit evan­ge­lie ons te zeggen heeft.
“Breek deze tempel af...”.
Jezus ver­wijst naar Zijn kruis­dood en ver­rij­ze­nis.
Hij zelf is de ware tempel,
Hij spreekt over de ver­rij­ze­nis van zijn lichaam.
Dat lichaam van Christus is de kerk,
waar wij allen toe behoren,
ieder met zijn eigen gaven en talenten,
samen vormen we een mooi geheel
en proberen Jezus Christus
han­den en voeten te geven in onze tijd.

Ie­der­een uit­ge­no­digd

Er is geen on­der­scheid meer tussen Joden en hei­denen,
geen voorhof meer
die er niet echt bij hoort:
de tempel van Jezus
staat open voor ie­der­een,
ieder mens is ge­roe­pen
om een weg met God, met Jezus te gaan,
een weg van beke­ring en vernieu­wing,
een weg van inner­lijke groei.
Dat nodigt ons uit
om niet te oor­de­len, maar uit­no­di­gend te zijn,
verwel­ko­mend, helpend,
zodat mensen stapjes kunnen zetten
om deel uit te gaan maken
van de ge­meen­schap van Jezus. Amen.

Terug