Arsacal
button
button
button
button


Volstrekt ontoereikend!

Broodvermenigvuldiging (17e zondag door het jaar B)

Overweging Preek - gepubliceerd: zondag, 25 juli 2021 - 1230 woorden

Op zon­dag 25 juli werd de eerste wereld­dag voor groot­ou­ders en ouderen gevierd met een speciale Mis in de Sint Pieter met Hollandse bloemen. Helaas kon paus Fran­cis­cus die nog niet zelf doen omdat hij her­stel­lende is van een operatie en nog rust moet nemen. Het evan­ge­lie van de Mis van deze dag was dat van de broodvermenig­vul­diging. Gaat dat verhaal over "Samen delen"?

De wereldd­dag voor ouderen was op deze dag van­wege de nabij­heid van het feest van Joachim en Anna (26 juli), ouders van de H. Maagd Maria. De Mis was in de ka­the­draal. Onderaan dit bericht vindt U de gebe­den die van­wege deze dag zijn uit­ge­spro­ken.

Het evan­ge­lie was Joh. 6, 1-15.

homilie

Volstrekt ontoereikend

Dat kun jij niet!

Als kind al von­den we het leuk
om te laten zien wat we kunnen.
Er is geen grotere aan­moe­di­ging aan een kind
dan te zeggen:
dat kun jij vast niet!
Dan wil dat kind juist graag laten zien
dat het dat wél kan.
Ergens zijn we allemaal
wel een beetje kind ge­ble­ven:
we willen goed voor de dag komen,
we oogsten graag bewon­dering,
we vin­den het vaak niet ge­mak­ke­lijk te erkennen
dat we iets niet kunnen,
dat we ergens in tekort geschoten zijn,
dat we de norm niet hebben gehaald.

Samen delen?

In de zeventi­ger jaren van de vorige eeuw
werd het verhaal dat we net hebben gehoord
- dat over de broodvermenig­vul­diging -
in de catechese en op school
vaak uit­ge­legd als:
door de woor­den van Jezus
beseften alle toehoor­ders
dat ze medemen­se­lijk moesten zijn,
zorg voor elkaar moesten hebben
en ze haal­den uit hun tassen
het brood en de vis voor de dag
en be­gon­nen dat met elkaar te delen.

Als je het verhaal zó ver­telt
is het won­der wég;
voor wie moei­lijk in won­de­ren kan geloven,
wordt het een be­grij­pe­lijk verhaal:
de mensen deden het zélf,
ze deel­den het brood met elkaar.

En na­tuur­lijk het is waar
dat dit ook al iets is:
als mensen om elkaar denken,
met elkaar delen,
zorgen dat anderen niet tekort hebben,
is dat iets goeds en iets moois.

Het men­se­lijk tekort

Maar die uitleg gaat wél aan iets anders voorbij,
dat we allemaal ervaren:
dat is het men­se­lijk tekort,
dat wij het vaak niet zelf kunnen,
dat allerlei situaties
niet met men­se­lijke kracht en inzicht
op te lossen zijn,
dat wij ons leven niet zelf kunnen bepalen.

Sporters ervaren dat soms heel sterk:
ze hebben er alles aan gedaan
om goed in vorm te zijn, perfect te trainen
en dan komt er ineens een blessure
of wor­den ze posi­tief getest op Corona.
Of je staat volop in je kracht
en dan is er ineens een on­ver­wachte kwaal.

Volstrekt ontoereikend!

Het is juist dat men­se­lijk tekort
dat in het evan­ge­lie centraal staat:
de mensen kunnen die menigte niet voe­den,
er is alleen een jongen met vijf gerstebro­den
en twee vissen,
maar wat betekent dat
voor zo’n menigte mensen?
Volstrekt ontoereikend!
De onmacht en het tekort van de mensen
komen hier dui­de­lijk naar voren.
Het is niet leuk om toe te geven,
maar ze kunnen het niet,
ze kunnen die menigte mensen niet voe­den.

Wat Hij geeft en wat wij doen

En de bro­den en de vissen
die wor­den uitge­deeld
komen niet van de mensen,
ze komen van Jezus
die alleen een paar bro­den en vissen
van die jongen had gekregen.
Jezus bidt en zegent
en laat die bro­den uit­de­len.
De leer­lin­gen delen uit en halen op
wat ze van Jezus hebben gekregen,
wat een overvloed!
Maar er is ook een men­se­lijke bijdrage
- vijf bro­den, twee vissen -,
en al is die klein
in ver­hou­ding tot wat er nodig is,
de Heer doet het ermee
en Hij maakt daar iets moois van,
iets dat ruim voldoende is voor ie­der­een.

Dit is wat we ons mogen rea­li­se­ren,
al is dat mis­schien soms moei­lijk,
al willen we vaak dat het anders is:
we kunnen het niet zelf,
wij kunnen niet alles oplossen,
wij zijn niet zelf het ant­woord op alle vragen.

Onze bijdrage

Toch was er dus een jongen
die vijf bro­den en twee vissen bracht.
Het won­der wordt door Jezus gedaan
met het weinige dat die knul hem te bie­den heeft.
Zo is het nog steeds:
Wij kunnen het niet,
het zal de Heer zijn die het doet,
maar wij kunnen, mogen en moeten
wel iets bijdragen,
onze zwakke krachten inzetten,
onze kleine bijdrage geven:
de Heer zal er iets mee doen!
Geef jezelf,
geef wat je te bie­den hebt,
zet het in
voor de naaste, voor je gezin,
voor de kerk, voor de wereld:
wie geeft wat hij heeft,
is waard dat hij leeft.
Geef en ver­trouw erop
dat de Heer het zal zegenen.

Is het alleen maar geluk?

Als we eer­lijk zijn tegen­over ons­zelf
zien we vaak
dat onze inzet ontoereikend is,
dat onze krachten tekort schieten,
wij kunnen wel iets doen,
maar er moet het nodige bij komen
om het tot een succes te laten wor­den,
om het te laten slagen:
Waarom slaagt het bij de één wél,
terwijl een ander die precies het­zelfde doet,
geen succes heeft?
Som­mi­gen zullen dan zeggen:
je moet geluk hebben,
het moet méé zitten,
het was op goed geluk,
maar wij mogen erkennen en zeggen:
Gods zegen moet erop rusten,
God zal erin voor­zien,
ik ben in Zijn hand.

De kracht van ver­trouwen

Die gedachte helpt ons trouwens ook
om te ver­trouwen en berus­ting te vin­den
als de dingen niet zo lopen
als we ze mis­schien had­den gehoopt of gedacht.

Laten we Hem maar
die kleine kracht van ons aanbie­den
en bid­den dat Hij ons
de kracht van het ver­trouwen zal geven,
dat Hij erin zal voor­zien.

GEBED VAN DE GELOVIGEN (VOORBEDE)

B. laten we nu bid­den tot onze God en Vader, ver­trouwend op Zijn zorg voor ons.

Wereld­dag voor groot­ou­ders en ouderen

1. Laten we vandaag bij­zon­der bid­den voor alle groot­ou­ders en ouderen, op deze eerste dag die aan hen is gewijd; dat er ver­bon­den­heid mag zijn tussen de ver­schil­lende gene­ra­ties, een goed contact in de families en ge­zin­nen en dat groot­ou­ders en ouderen Gods zorg en de kracht van het geloof mogen ervaren. Laat ons bid­den.

2. Laten we bid­den voor paus Fran­cis­cus, die deze wereld­dag voor groot­ou­ders en ouderen heeft inge­steld: om een goede ge­zond­heid voor hem en de bij­zon­dere bijstand van de heilige Geest. Laat ons bid­den.

Naar elkaar omzien...

3. Het evan­ge­lie liet ons de zorg zien die Jezus had voor de menigte die hon­ger had. Laten we bid­den dat de mensen in onze samen­le­ving ook naar elkaar omzien en dat zieken en ge­han­di­capten en mensen in moei­lijke situatie de hulp en steun van hun omge­ving zullen krijgen. Laten we bid­den dat het grote probleem van een­zaam­heid meer en meer overwonnen zal wor­den. Laat ons bid­den.

Zegen voor onze roe­ping

4. Paulus riep ons vandaag op tot een leven dat beant­woordt aan Gods roe­ping. Laten we daarom bid­den om Gods zegen voor ons en voor allen die met ons verbon­den zijn; dat we steeds dui­de­lijker die roe­ping mogen verstaan, Gods zorg voor ons mogen ervaren en Gods wil kunnen vervullen, ook als dat offers vraagt. Laten we ook bid­den om zegen voor ons bisdom en deze ka­the­drale pa­ro­chie, om zegen ook over de ver­schil­lende ini­tia­tie­ven die er wor­den geno­men. Laat ons bid­den.

Slot­ge­bed

B. Hemelse Vader, Uw zorg voor ons komt tot uitdruk­king in de sacra­menten waarin U ons Uw leven geeft, Uw kracht en Uw genade. Geef ons een open hart voor U zodat wij die gena­den kunnen ont­van­gen en vrucht­baar kunnen laten wor­den. Door Christus onze Heer.

Terug