Arsacal
button
button
button
button


De kerk en het seksueel misbruik

Nieuws - gepubliceerd: zaterdag, 3 maart 2012 - 1372 woorden
De kerk en het seksueel misbruik

Het volgende artikel is ge­pu­bli­ceerd in het maart-nummer van "Samen Kerk"

Er is de laatste jaren gelukkig meer aan­dacht geko­men voor de slacht­of­fers van seksueel mis­bruik. De Neder­landse bis­schop­pen hebben een onaf­han­ke­lijke com­mis­sie Deetman inge­steld om het mis­bruik in katho­lie­ke in­stel­lingen te laten onder­zoeken. Die com­mis­sie heeft in de­cem­ber rapport uit­ge­bracht en gaat nu nog een aanvullend onder­zoek doen over mis­bruik van meisjes en over geweld. Mishan­de­ling en mis­bruik zijn om­vang­rij­ke problemen in kerk en maat­schap­pij. De heer Deetman ver­zuchtte bij de pre­sen­ta­tie van het rapport van de com­mis­sie: “Wat is er aan de hand met de Neder­landse samen­le­ving?” We hebben de hulp­bis­schop, mgr. J. Hendriks gevraagd om in in te gaan op feiten en ach­ter­gron­den en op de vraag wat de katho­lie­ke kerk en ons bisdom doen om mis­bruik te voor­ko­men.

Een leven verwoest

Het is ergens in de vijfti­ger jaren. Een meisje van een jaar of acht heeft haar beide ouders verloren. Nu wordt ze ook nog ge­schei­den van haar broertje en in een internaat geplaatst. De sfeer is er kil en koud, zij mist de liefde van haar ouders. In die situatie is er iemand die haar wat aan­dacht schenkt en af en toe wat snoep geeft, maar al gauw begint die persoon haar te betasten en van haar te verlangen dat zij hem seksueel bevre­digt. Die persoon is een pries­ter.
Toen ik dit verhaal hoorde, sprongen de tranen me in de ogen. Het is zo gemeen en liefdeloos en het kind is in zo’n kwets­ba­re positie en dan is de dader in zijn machtspositie ook nog eens iemand die de liefde van God komt ver­kon­di­gen en voorleven! Geen won­der dat dit kind alle ver­trouwen in de kerk en mis­schien ook in God voor­goed verloren heeft. Het gebeuren van toen heeft het leven van een on­schul­dig kind verwoest.

Feiten

Uit het onder­zoek van de com­mis­sie Deetman komt naar voren dat 9,7 % van de Neder­lan­ders ongewenst seksueel bena­derd is door een niet-familielid. Eerdere onder­zoeken komen tot nog veel hogere percentages, maar dan is het mis­bruik in en rond het gezin verdiscon­teerd, waar volgens onder­zoeken ongeveer een­derde van het totale mis­bruik van meisjes plaats­vindt. De daders zijn daar voor­na­me­lijk (stief-)vaders, oudere broers en ooms. Mis­bruik van meisjes is hier wat beter onder­zocht dan dat van jongens. 0,6 % van de res­pon­denten in het onder­zoek van de com­mis­sie Deetman meldt dat de ple­ger werk­zaam was binnen de katho­lie­ke kerk. Er is geen significant verschil tussen katho­lie­ken en niet-katho­lie­ken, al was de internaats­cul­tuur in katho­lie­ke kring sterk (in 1960 waren er 321 katho­lie­ke internaten). In het rapport van de com­mis­sie komen enkele internaten naar voren waar sprake was van struc­tu­rele mis­toe­stan­den. In internaten (katho­liek of niet) is het risico op mis­bruik twee keer zo hoog als het lan­de­lijk ge­mid­del­de, volgens het Deetman-rapport. Dat klopt met cijfers uit ander onder­zoek dat dui­de­lijk maakte dat de risico’s groter zijn in in­stel­lingen van jeugd­zorg en in de ge­han­di­capten­zorg. Slechts een klein deel van het mis­bruik in onze maat­schap­pij wordt gemeld of komt bij de politie terecht. In 2004 bij­voor­beeld wer­den 6668 gevallen van seksueel geweld ter kennis van de politie gebracht. Meer in­for­ma­tie hierover kunt U vin­den op web­si­tes als seksueel­ge­weld.nl, hui­se­lijk­ge­weld.nl of de websheets van Movisie.

Op grond van deze algemene cijfers komt de com­mis­sie Deetman tot de con­clu­sie dat het aantal slacht­of­fers binnen in­stel­lingen van de katho­lie­ke kerk tussen de 10 en 20.000 moet bedragen. Dit betekent niet dat er zoveel klachten zijn binnen­ge­ko­men, het is een doorbereke­ning en (betrouw­ba­re) con­clu­sie uit de algemene cijfers die aan­ge­ven hoe breed het probleem verspreid is in de samen­le­ving. De com­mis­sie ont­ving 1795 mel­dingen die binnen het onder­zoek vielen, waarbij 774 gevallen van mis­bruik wer­den gemeld die nader kon­den wor­den onder­zocht. Ongeveer 98% van de mel­dingen betrof de jaren vijf­tig,  zes­tig en zeven­tig van de vorige eeuw. Slechts 2,1 % betrof mis­bruik van de jaren tach­tig en daarna.

Wat doet de Kerk?

De mel­dingen betreffen dus vooral een periode die al minstens veer­tig jaar achter ons ligt. Maar voor veel slacht­of­fers is die tijd nog iedere dag actueel door de vre­se­lijke gevolgen van het mis­bruik. Het aller­eerste wat nood­za­ke­lijk is, is dus erken­ning, hulp­ver­le­ning en een vorm van compen­sa­tie, al kan niemand goed maken wat hun is aan­ge­daan. De bis­schop­pen hebben daarom het meld­punt, de hulp­ver­le­ning en de klachten­com­mis­sie gepro­fes­sio­naliseerd en een compen­sa­tie­com­mis­sie in het leven ge­roe­pen. Rechters en spe­cia­listen in letselschade maken van deze com­mis­sies deel uit. U kunt hier meer over lezen op de web­si­te meld­punt­mis­bruikrkk.nl
De bis­schop, mgr. Dr. J.M. Punt, heeft in ons bisdom driemaal een brief ge­schre­ven aan alle gelo­vi­gen die in de kerken is voor­ge­le­zen. Daarin ver­telde hij hoe hij­zelf met de pro­ble­ma­tiek in het bisdom is omge­gaan. De brieven zijn nog na te lezen op de web­si­te bisdomhaarlem-amster­dam.nl

Aandacht voor de slacht­of­fers

Verder heeft mgr. Punt ver­schil­lende slacht­of­fers thuis bezocht of op het bisdom ont­van­gen en één van hen heeft de pries­ter­raad toe­ge­spro­ken met een moe­dig ge­tui­ge­nis; enkele slacht­of­fers wer­den bij­zon­der uit­ge­no­digd voor de bis­schops­wij­ding in de­cem­ber waar voor hen werd gebe­den en waarbij de bis­schop in de homilie stil stond bij het leed dat hun is aan­ge­daan; dat heb ik ook gedaan in mijn slot­woord en in ver­schil­lende inter­views bij die gelegen­heid. Binnen het bisdom is een werk­groep opgericht om slacht­of­fers te woord te staan; intussen hebben de ge­za­men­lijke bis­schop­pen een lan­de­lijke contact­groep opgericht waar­van de Rotter­damse bis­schop  voor­zit­ter is.

Rol van in­ter­net en media

Moei­lijker is het om goed om te gaan met mel­dingen via de media. Het bisdom heeft daarom vaker opge­roe­pen die mel­dingen te doen bij het bisdom of bij het meld­punt en de klacht te laten onder­zoeken door de klachten­com­mis­sie of - als de klacht niet ver­jaard is - door de recht­bank. Zolang dat niet is gebeurd en het bij een anonieme mel­ding in de media blijft, kunnen we weinig doen. Ook meeleven kun je nu eenmaal alleen met een concrete persoon.

Vorming van pries­ters en pas­to­raal werken­den

Op 13 januari werd een bij­een­komst in Heiloo gehou­den rond mis­bruik en het rapport Deetman met de pries­ters, diakens en pas­to­raal werken­den. Voor de jonge pries­ters, pasgewijde diakens, cate­chisten en pas­to­raal werkers zijn op De Tilten­berg enkele trai­nings­da­gen gehou­den om seksueel mis­bruik te voor­ko­men en te sig­na­le­ren en aan de studie van de pries­ter­stu­denten is een vak toe­ge­voegd rond bele­ving van het celi­baat en zijn gespreks­avon­den gehou­den rond dit thema. In de aanname- en scree­nings­pro­ce­du­re van kan­di­da­ten voor de oplei­dingen zijn even­eens ver­be­te­ringen aan­ge­bracht.

Gedrags­co­de

In de ver­schil­lende bis­dom­men bestaat al een gedrags­co­de voor degenen die in de kerk werk­zaam zijn, maar er wordt nu voor alle bis­dom­men aan een nieuwe, herziene en verbeterde versie gewerkt die voor de zomer gereed moet zijn. Afgelopen zomer al werd naast een VOG-Ver­kla­ring (Ver­kla­ring van onbe­spro­ken gedrag) van de vrij­wil­li­gers die reizen naar de wereld­jon­ge­ren­da­gen begeleid­den, gevraagd om een speciale gedrags­co­de te onder­te­ke­nen.

Is het celi­baat de schuld?

Vaak wordt gezegd dat het celi­baat de schuld is van het mis­bruik. Kort door de bocht: omdat ze als celi­ba­tairen met hun seksuele gevoelens geen kant uit kunnen, ver­grij­pen gees­te­lij­ken zich aan min­der­ja­rigen. Dat “is een stelling waarvoor geen weten­schap­pe­lijke onder­bou­wing bestaat”, merkt het rapport Deetman op. Als die stelling wáár was zou mis­bruik aanmer­ke­lijk meer moeten voor­ko­men in de katho­lie­ke kerk dan daar­bui­ten en dat is niet het geval.
Wel zijn er allerlei factoren die be­lang­rijk zijn voor een pries­ter om het celi­baat goed te kunnen beleven, zoals vriend­schappen, een goede sociale omge­ving, een gezonde en regel­ma­tige levens­stijl, voldoe­ning in het pries­ter­lijk werk en - last but not least - gebed en een sterke gees­te­lij­ke motivatie.

En ver­der?

De bood­schap van de kerk is goed, en juist in onze tijd heel be­lang­rijk. Mis­bruik in de kerk maakt ons beschaamd en het ondermijnt de zen­ding van de kerk. Want heb je nog recht van spreken als je het zelf niet waarmaakt? De kerk maakt een zuive­rings- en loute­rings­pro­ces door. We moeten de liefde van Christus weer gees­te­lijk sterk gestalte te geven, bezield door het evan­ge­lie. Dat is de vernieu­wing die we nodig hebben. Het bisdom blijft overigens open staan voor alle sug­ges­ties die kunnen helpen om goed met de slacht­of­fers en met de hele situatie om te gaan.

mgr. dr. Jan Hendriks
tit. bis­schop van Arsacal
Hulp­bis­schop van Haar­lem-Am­ster­dam

Terug