Hoe maak je het nu echt?
Aswoensdag: de veertigdagentijd is begonnen...
Op Aswoensdag gaan we de veertigdagentijd of vastentijd binnen met het ontvangen van het askruisje om de vergankelijkheid van ons aards bestaan in herinnering te roepen. In de kathedraal was op Aswoensdag naast een ochtendmis ook een goed bezochte avondmis die door de Capella Puellarum van de Sint Bavo mooi en ingetogen werd gezongen.
Homilie
Broeders en zusters,
Hoe maak je het?
Hoe vaak zeggen we niet:
“Wat zie je er leuk uit!”
of: “Wat zie je er goed uit”
Maar een leuke verschijning,
een stralende lach en een “coole” blik
zeggen vaak niet zo veel
over wat er in mensen leeft
of over hoe ze eraan toe zijn.
Hoe maak je het nu echt?
Van binnen maakt een mens
het vaak niet zo
als uiterlijk schijnt.
Niet om de show
Indruk maken, goed overkomen
zit in onze maatschappij ingebakken,
maar dat geldt niet alleen voor nu:
het evangelie heeft het er vandaag ook over:
de vastentijd draait om
aalmoezen geven,
gebed en vasten,
maar je moet het niet doen
om op te vallen,
om geprezen te worden,
om indruk te maken.
Dat is de centrale boodschap van het evangelie vandaag.
Het gaat in de tijd die voor ons ligt
om een innerlijke vernieuwing,
een omkeer, bekering, verzoening.
Het leven en zeker de vasten
gaan niet om de show.
Voor de eer van God
Maar het gaat er niet om
dat niemand mag zien
wat we aan goeds doen.
Een hoofdstuk eerder
in hetzelfde Matteüs-evangelie
als waar we op deze Aswoensdag uit gelezen,
had Jezus juist gezegd
dat we ons licht moeten laten stralen
voor het oog van de mensen,
opdat zij onze goede werken zien
en de Vader in de hemel verheerlijken.
Dat laatste, daar zit het ‘m in,
daardoor maken we het verschil:
het gaat niet om ons,
het gaat er niet om
dat het ónze prestaties zijn,
hoe geweldig wij zijn;
wij zijn niet zelf het centrum van de wereld;
wat we doen
is geen zelfverheerlijking,
maar het is voor de eer van God.
Askruisje
We gaan het askruisje ontvangen,
daarmee stellen we een teken:
ons uiterlijk wordt even verstoord;
het wordt geen academy award,
zelfs geen fraai kruis van zilver of goud om je nek
wat we deze avond krijgen uitgereikt,
maar één van as, van grijze stof,
die wijst op de vergankelijkheid van het bestaan
en de betrekkelijkheid van veel dingen.
Aloysius van Gonzaga vroeg zich steeds af
bij alles wat hij deed of tegen kwam:
Wat telt het voor de eeuwigheid?
Dat hielp hem
om dingen te relativeren.
Vernieuwen...
Van harte wens ik ons allen
een goede veertigdagentijd
met een mooie aandacht voor de armen,
voor gebed en vasten
met als doel onszelf en ons eigen “ik”
een beetje meer los te laten
en ons zo geestelijk te vernieuwen.
AMEN