Je geloof of je leven?
Over het maken van (moeilijke) keuzes - Mis in Amsterdam (Obrechtkerk)
Zondag 7 augustus was ik in de Obrechtkerk (O.L. Vrouw van de allerheiligste rozenkrans) voor de Eucharistieviering en de aanstelling van twee buitengewone bedienaren van de heilige communie. De brief aan de Hebreeën waaruit werd gelezen, ging over het geloof als vaste grond, het evangelie over waakzaamheid. Hoe verhouden zich ons geloof en ons leven? En wat speelt waakzaamheid daarin voor rol?
Communie-bedienaren
Eerder al waren in de kathedraal communie-bedienaren aangesteld en volgende week zal mgr. Jan van Burgsteden die aanstelling geven in de Begijnhofkapel. Allen hebben de cursus "assistentie in de liturgie" gevolgd en helpen in de parochies om de heilige communie naar zieken te brengen en zo nodig communie uit te reiken in de kerk en - bij afwezigheid van diaken of priester - het heilig Sacrament uit te stellen (niet om de zegen te geven).
In de Obrechtkerk waren het de heren Onno Baneke en Frans Deimann die de aanstelling ontvingen. met toestemming van de ouders ziet U hiernaast ook de foto met de misdienaars erbij. Van harte wens ik hen beiden proficiat!
Zang
Enkele zangers zongen prachtig, begeleid door de organist (J.G. Rheinberger (1839-1901) - Missa Puerorum (arr. K. de Wijs); C. Franck (1822-1890) - Ave Maria; Sopraan- en bassolo en Kees de Wijs, orgel).
Pastoor Jacques Quadvlieg concelebreerde.
Na afloop van de Mis was er nog gelegenheid om parochianen en kerkgangers te ontmoeten bij de koffie.
Homilie
Het geloof als vaste grond
Lezingen: Wijsheid 18, 609; Hebr. 11, 1-2. 8-19; Lc. 12, 32-48
Een vaste grond
De lezing uit de brief aan de Hebreeën
ging over Abraham en Sara
die hebben geleefd vanuit hun geloof;
die tekst was een aansporing aan ons allen
om hetzelfde te doen, want
- zo begon de lezing uit de Hebreeënbrief -:
“Het geloof”
“is een vaste grond van wat wij hopen,
het overtuigt ons van de werkelijkheid
van onzichtbare dingen”.
Wanneer voelde je die vaste grond?
Ik denk dat velen van ons
die kracht van het geloof
wel op enig moment van het leven
hebben ervaren.
Wat ik zelf vaak heb terug gekregen van mensen
en wat ik ook zelf zo heb beleefd is
dat die kracht van het geloof,
die vaste grond die het geeft
wordt ervaren in tijden
van verlies van een dierbare,
van eenzaamheid en verdriet,
van tegenvallers en moeilijkheden,
als mensen je in de steek laten,
als er uitkomst nodig is,
om maar een paar voorbeelden te noemen.
Juist op momenten en in tijden
dat het allemaal niet zo gemakkelijk gaat,
kunnen we vaak
de kracht van het geloof ervaren.
Wat voor relatie?
Natuurlijk hangt dat ook af van de band
die we met God hebben;
als onze band met God vooral is
dat Hij iets moet doen voor ons,
als antwoord op onze gebeden,
dan kan het natuurlijk ook gebeuren
dat in zo’n periode van teleurstelling en pijn
de verwijten aan God de overhand krijgen.
Maar als onze relatie anders is
en Hij grond is onder onze voeten
en tegelijk een onpeilbaar mysterie,
zullen we hopelijk in zo’n moeilijke periode
troost en steun ervaren.
Het geloof van Abraham
Moeilijke tijden, tegenvallers:
bij Abraham en Sara was dat het geval
toen ze geen kinderen konden krijgen,
voordat zij in hun nood tenslotte toch verhoring vonden
en Isaak geboren werd,
toen het krijgen van een kind
fysiek al niet meer mogelijk leek.
Maar bij Abraham was dat geloof
al veel eerder sterk aanwezig geweest.
Want hoewel hij het goed had
en waarschijnlijk zelfs uit een zeer rijke familie kwam,
had hij gehoor gegeven
aan wat hij als roeping van God had ervaren
om weg te trekken uit het land
naar een land dat God voor hem
en zijn nageslacht
had bestemd.
Hij had God zijn vertrouwen geschonken.
Hij deed dat, hij verruilde
materiële zekerheid en een goed leven
voor de onzekerheid
van een toekomst die hij niet kende
en hij heeft dat vol gehouden
ook toen er allerlei beproevingen kwamen,
zoals die onbegrijpelijke opdracht van God
om zijn zoon te offeren.
Hoe kon God dat vragen?
Raak hem niet aan! Een ultieme test
Maar het was van Godswege een beproeving
om te zien of hij werkelijk
op God durfde vertrouwen,
ook tegen alle menselijke logica in,
of hij toch die stap zou zetten
om helemaal voor de trouw aan zijn geloof
te gaan.
De Heer hield hem tegen
toen het eenmaal zover was
dat hij dat offer zou gaan brengen:
“Raak die jongen met geen vinger aan”
- gelukkig maar, dat kon ook niet anders -
maar het was wel een soort ultieme test:
durf je op God te vertrouwen,
is je geloof en je vertrouwen
fundament voor je handelen
of niet?
Wat heeft prioriteit: je geloof of je manier van leven?
Voor de meeste mensen is dat niet zo.
Ook mensen die ergens wel gelovig zijn
zullen zo’n stap niet gemakkelijk zetten,
zelfs niet als volkomen duidelijk is
dat het van God komt.
Bij de meeste mensen werkt het zo
dat zij hun denkbeelden en overtuigingen
aanpassen aan hun manier van leven
in plaats van omgekeerd;
als je niet gaat doen zoals je denkt,
ga je denken zoals je doet.
Maar er zijn ook mensen
die hun leven veranderen
omdat zij tot bepaalde inzichten
en geloofsovertuigingen zijn gekomen.
Dat vind ik natuurlijk heel goed en mooi:
als mensen hun keuzes maken
op grond van hun overtuiging,
krijgen hun gewetensvolle inzichten prioriteit.
Franz Jägerstätter
Zo was ik bijvoorbeeld onder de indruk
van het leven van Franz Jägerstätter.
Misschien heeft iemand van U
de film “A hidden life” gezien
die over zijn leven is gemaakt.
Jägerstätter weigerde in de tweede wereldoorlog
de Hitler-eed af te leggen
en in de Wehrmacht te gaan,
hoewel hij wist welke gevolgen die stap zou hebben
en hij een jong gezin had.
Maar hij kon en wilde niet tegen zijn geweten handelen.
Toch was hij niet altijd zo’n brave jongen geweest:
hij had een kind uit een relatie voor zijn huwelijk,
hij was de stoere jongen van het dorp,
de eerste die er motor reed
en zo zou ik door kunnen gaan.
Hij was wel een beetje gelovig,
zoals toen iedereen,
maar het was toen niet zo’n bron voor zijn leven.
Op een gegeven moment
werd hij geraakt
en kwam hij tot diepere
en meer bewuste geloofsovertuigingen
en die gingen zijn handelen beïnvloeden,
veranderen.
Hij werd principiëler,
ging meer handelen
vanuit zijn geweten.
"Heer, ik ben een zondaar"
Natuurlijk maken we allemaal fouten
en soms zijn wegen zo gegaan
dat het resultaat geen schoonheidsprijs verdient.
Het is dan al te prijzen
als we het bewustzijn bewaren
dat het beter was geweest
als het anders was gegaan
en als we ons eigen falen en onze tekorten
onder ogen kunnen zien.
Het is niet gemakkelijk voor ons,
mensen van deze tijd,
om onder ogen te zien
dat we zondige, gebrekkige mensen zijn.
Alles moet altijd zo perfect zijn!
Maar als we niet helemaal in de war raken
van de bijbelse woorden:
“Heer, ik ben een zondaar”,
staan we in feite mooier en eerlijker in het leven
dan wanneer we alles goed vinden
en ons eigen leven zoals wij dat leiden,
de norm en regel wordt:
“Het is goed omdat ik het zo vind en doe”.
Eén norm, één regel
Dat is de invalshoek
die Jezus ons vandaag in het evangelie voorhoudt:
we zijn dienaren van de Heer:
Hij is de norm, de regel,
niet wijzelf,
het gaat erom Hem te verwachten
en naar Hem uit te zien.
Dan zullen we eens gelukkig zijn
en was het geloof
de vaste grond van wat wij hopen.