Bisschoppen overleggen met ChristenUnie
Maandagmiddag 25 april vond in Utrecht een ontmoeting plaats van vertegenwoordigers van de Nederlandse Bisschoppenconferentie met de ChristenUnie, in het kader van de contacten die de bisschoppen hebben met de verschillende politieke partijen.
De delegatie van de Christenunie bestond uit onder meer de fractievoorzitter in de tweede kamer en lijsttrekker Gert-Jan Segers en de fractievoorzitter in de eerste kamer prof. dr. Roel Kuiper. Ook het kamerlid mw. Carla Dik was aanwezig, evenals de voorzitter Piet Adema, directeur van het partijbureau Menno van der Hulst en de voorzitter van het Curatorium van het wetenschappelijk instituut Jan van der Stoep. Namens de bisschoppenconferentie namen kardinaal Eijk en de bisschoppen Punt, Van den Hende, De Korte en ikzelf deel aan het gesprek. Ook mw. mr. Daniëlle Woestenberg, extern juriste die namens de katholieke kerk deel uitmaakt van het CIO (Commissie Interkerkelijk Contact in Overheidszaken) nam aan het gesprek deel.
Dat gesprek was een positieve uitwisseling in een goede sfeer, waarin gemeenschappelijke zorgen werden gedeeld en allerlei thema's aan de orde kwamen die vanuit de ChristenUnie bij de Bisschoppen of vanuit de Bisschoppen bij de ChristenUnie ter tafel werden gebracht, zoals de vluchtelingenproblematiek en het ontbreken van pastorale zorg voor hen, medisch-ethische kwesties en de verandering van de grondslag van de ChristenUnie. Ook het milieu kwam ter sprake en weer opnieuw viel me op hoe groot de positieve impact is die de pauselijke Encycliek Laudato sì heeft.
Vanuit mijn verantwoordelijkheid als referent voor het onderwijs heb ik onze zorgen op tafel gelegd over de plannen van staatssecretaris Dekker, gesproken over het belang van de confessionele scholen juist voor de integratie van mensen met een niet-Nederlandse achtergrond (wie hen wil dwingen zich te integreren in een volstrekt seculiere maatschappij - in de zin van "laïcité - loopt gevaar juist te bereiken dat groepen zich afsluiten, alles verwerpen en weigeren te participeren en te integreren) en ik heb aandacht gevraagd voor de problematiek van grensoverschrijdend gedrag en seksueel misbruik in het onderwijs; daarover bereiken me berichten dat daar niets of onvoldoende tegen wordt gedaan.