Bisschop Punt was er weer bij!
Wilibrorddag seminarie
Op maandag 6 februari was de eerste Willibrorddag van het seminarie in Heiloo in het nieuwe jaar. Op deze dag komen de priesters die in de laatste vijf jaar zijn gewijd samen voor studie, gebed, broederlijk samenzijn en een groepsgesprek met de bisschop. Deze keer was de bisschop, mgr. dr. Jozef Punt er weer bij na het beëindigen van zijn sabbatsperiode.
Na het groepsgesprek, waarin de jonge priesters vertellen over hun ervaringen in de parochie, hebben we samen de heilige Mis gevierd, waarbij mgr. Punt hoofdcelebrant was en ik de preek heb gehouden.
In de homilie heb ik stil gestaan bij het evangelie van de dag over Jezus die overal waar Hij komt de zieken geneest en zo de liefde van Zijn Vader zichtbaar maakt. Wat het uitwerkte in de harten van de vele mensen die daarbij waren of een genezing hebben ondervonden, is per persoon verschillend geweest. Sommigen zullen voor hun leven diep geraakt zijn geweest, anderen zullen later wellicht mee hebben geroepen met de menigte in Jeruzalem die om Jezus' kruisiging vroeg. Het laat weer zien: wij moeten zaaien maar tegelijk aan God overlaten wat ervan komt.
Dat zijn soms onvermoede vruchten, zoals we zien aan het leven van de heiligen van deze dag, de H. Paulus Miki en gezellen, 26 martelaren van Japan: drie Jezuïeten, zes Franciscanen en 17 leken-leden van de derde orde van Franciscus. In 1597 werden zij gemarteld na een lange tocht naar Nagasaki. Onderweg en tot op het kruis waaraan zij de marteldood stierven, hebben zij gezongen, gebeden en gepredikt. Velen lachten hen uit, andere waren onder de indruk. In deze periode tot zo ongeveer 1640 stierven 3000 christenen de marteldood. Onder hen ook de heilige Lorenzo Ruiz en gezellen (+ 1633), die op 28 september worden gevierd. Daarna leek het christendom uitgestorven maar juist in Nagasaki kwamen er ineens weer christenen 'boven water' toen de missionarissen in 1858 het land weer in mochten. Zij bleken al die eeuwen het geloof levend te hebben gehouden. We weten het dus nooit, wij moeten zaaien en de oogst (en het hoe en het wat) toch een beetje aan de Heer zelf overlaten.
Na de Eucharistieviering was er nog een gezamenlijke maaltijd, voor ieder een mooie ontmoeting en vreugdevol samenzijn.