Een nieuw begin en afscheid nemen....
Opening studiejaar Sint Bonifatius-institutuut
Op zaterdag 1 september is het studiejaar van het Sint Bonifatius-instituut geopend met nieuwe studenten - vooral veel nieuwe diakenkandidaten voor het bisdom Haarlem-Amsterdam en het militair ordinariaat - en een nieuwe studieleider: drs. D. Wienen. Drs. B. Hartmann, die het instituut precies 12 ½ jaar met grote verdiensten als studieprefect heeft geleid, neemt afscheid. De Heilige Mis bij de opening van het jaar werd aan God opgedragen voor Denny Tilon, diakenkandidaat die onlangs geheel plotseling is overleden. Voor zijn zielenrust en om kracht voor zijn familie werd bijzonder gebeden.
Het Sint Bonifatius-instituut is een Hoger Instituut voor Godsdienstwetenschappen - het eerste dat in Nederland door de heilige Stoel is opgericht - waar in deeltijd theologie wordt gestudeerd. Studenten die het volledige programma volgen en gekwalificeerd zijn, kunnen er een baccalaureaat en licentiaat in de godsdienstwetenschappen halen. Het Instituut verzorgt de catechistenopleiding en de diakenopleiding voor het aartsbisdom Utrecht en het bisdom Haarlem-Amsterdam, maar ook uit andere bisdommen nemen studenten aan de opleiding deel.
Bij deze gelegenheid heb ik de volgende homilie gehouden:
Homilie
Broeders en zusters,
Het is voor mij een vreugde vandaag dit nieuwe studiejaar met U te mogen openen. Misschien mag ik een deel van deze homilie wel een klein beetje gebruiken voor misschien niet direct verkondigende doeleinden. Want, heel in het bijzonder gaan aan het begin van dit nieuwe jaar mijn gedachten uit naar de heer drs. Ben Hartmann, die bijna op de dag af 12 ½ jaar de studieleider van het Sint Bonifatius-instituut is geweest. We kunnen eigenlijk wel zeggen dat hij bijna vanaf het begin het Sint Bonifatius-instituut heeft opgezet en het zijn huidige vorm heeft gegeven. Dit instituut is zijn “kind”, hij heeft vele studenten met veel geduld begeleid, hij heeft zich er met hart en ziel voor ingezet. Ben, ik wil je daar heel hartelijk voor bedanken. Vorig jaar, bij het 12,5 jarig bestaan van het St. Bonifatiusinstituut heeft de bisschop. mgr. dr. J. Punt, je al uit dank voor die inzet onderscheiden met de Bavopenning. Nogmaals veel dank voor je inzet en de prettige samenwerking en van harte Gods zegen over je toekomst.
Ik weet dat de heer Hartmann er gelukkig mee is dat hij het St. Bonifatius-instituut in goede handen kan achter laten: drs. Diederik Wienen, zijn opvolger was door Ben Hartmann zelf ook als mogelijke kandidaat genoemd. Graag wens ik de heer Wienen alle goeds toe voor zijn nieuwe taak, dat het hem vreugde mag geven en dat het allemaal veel vrucht zal dragen.
“Denk aan uw eigen roeping”, dat waren de woorden waarmee de eerste lezing van de apostel Paulus vandaag begon. Hij schrijft die woorden niet aan een priester of religieus, maar aan heel de kerk, heel de gemeenschap van Korinte.
“Denk aan je eigen roeping”, dat zijn ook de woorden waarmee we vandaag dit nieuwe studiejaar mogen beginnen. Roeping is niet per se dat je de Heer hebt gezien en Hem hebt horen roepen, maar het is eigenlijk veel meer dat wat God in je hart heeft gelegd. De hemelse Vader die je bemint met een oneindige liefde en die je geschapen heeft, Hij heeft ook een bedoeling, een plan met je leven.
Het is belangrijk die bedoeling te ontdekken en te begrijpen en dat kan eigenlijk alleen gebeuren - in ‘normale’ omstandigheden tenminste - wanneer wij onszelf open stellen en met een grote bereidheid en beschikbaarheid smeken: “Zegt U het maar, Lieve Heer, zegt U mij wat ik moet doen, wat het ook mag zijn, en geef mij de kracht om dat te volbrengen”. Wanneer wij zo bidden, zal Hij het ons zeggen, zal Hij het antwoord in ons hart leggen.
Je moet je nooit onder druk laten zetten door andere mensen, je nooit door angst laten bepalen, je ook niet laten bepalen door het verlangen naar een bepaalde positie, je zelfs niet door je eigen onvermogen laten leiden. Je moet je niet laten sturen, behalve door Gods genade, door Zijn zachte sturing. Probeer innerlijk vrij te worden, zo kun je en zul je vinden en begrijpen wat je moet doen. Waar ben je voor bestemd? Wat heeft Hij met je voor?
Voor een deel, een belangrijk deel misschien, is dat al bepaald: u heeft een gezin, bepaalde antwoorden gevonden, u merkt dat U hier of daar een mooie en zinvolle bijdrage mag leveren, enzovoorts. Het is goed om ook daar naar te zien: Heer, zus en zo heeft U mijn leven geleid, misschien ook door hobbels en kuilen, door allerlei moeilijkheden heen; maar U hebt me gebracht tot deze dag, U hebt mij bewaard in uw dienst, U hebt mij geleid en U zult mij leiden, geef dat ik mij steeds mag toevertrouwen aan Uw stem in mijn hart, aan het licht dat U op mijn weg laat schijnen, geef dat ik mij volmaakt aan uw wil mag overgeven.
Het maakt daarbij niet zozeer uit wat je kunt. Wij moeten nooit denken dat wij door onze kunde en onze talenten de wereld moeten redden. Dat heeft Hij al gedaan. In die wonderlijke eenheid van het lichaam van Christus zijn alle ledematen waardevol, niets is zonder betekenis en het is trouwens zo dat alles zijn waarde pas krijgt doordat het in Hem is gedaan. Hij werkt in jou en het is vaak zo dat iets kleins en onbetekenends door Gods genade een bijzondere uitwerking krijgt, dat het heel weinige dat wij hebben gedaan door Gods genade meer uitwerking heeft, dan iets groots en geweldigs dat we misschien hebben gepresteerd.
Je weet het nooit, want de vruchtbaarheid van je doen en spreken komt uiteindelijk van God. Vandaar ook is het niet verwonderlijk dat in het evangelie van vandaag er verschillende hoeveelheden talenten worden uitgedeeld: één dienaar krijgt er vijf, een volgende krijgt er twee, een derde krijgt er maar één, maar dat zowel de dienaar met de vijf talenten als de dienaar met de twee talenten van de Heer precies hetzelfde krijgt te horen: “Uitstekend, goede en trouwe dienaar, over weinig waart ge trouw, over veel zal ik u aanstellen. Ga binnen in de vreugde van de Heer”.
Het maakt niet uit of ze veel talenten hadden of misschien toch niet zoveel, in beide gevallen gaat het om dienaren die zich hebben ingezet, die met hun talenten hebben gewoekerd. Alleen de derde, die van de één talent, krijgt een hard oordeel te horen, niet omdat hij maar zo weinig heeft, maar omdat hij dat ene talent heeft begraven, er niets mee heeft gedaan. De boodschap is duidelijk: Zit niet te zeuren en te vergelijken, of je wat meer talenten of wat minder hebt, doet niet ter zake, het enige dat telt is of je je wilt geven, of je wilt woekeren met je talent, of je je hebt opengesteld voor datgene wat God in je hart heeft gelegd en of je daarmee aan de slag bent gegaan. Tot opbouw van Zijn koninkrijk!
Uiteindelijk gaat het hier op De Tiltenberg niet om de studie, het gaat daarom: het gaat om Hem. Daarom zijn het gebed en de Eucharistie zo belangrijk, daarom gaat het hier ook om de geest waarin en van waaruit we hier leven en handelen. Moge dat alles U ook in dit nieuwe jaar “opbouwen”, sterken, helpen om te onderscheiden en kracht geven om dat wat U in die onderscheiding als uw roeping ziet, te kunnen volbrengen.
AMEN