Hoe kunnen we bouwen aan een levende parochie?
Laatste dag van deze aflevering van de besturencursus
Op zaterdag 24 november vond alweer de laatste bijeenkomst plaats van de cursus ‘Professioneel beheer en bestuur in de Kerk’. Dit keer lag het accent op ‘Bouwen aan de toekomst’.Want dat is de grote vraag: we hebben de mond vol van ‘missionaire kerk’ maar hoe kan onze lokale kerkgemeenschap nu feitelijk, concreet missionair worden en uitstraling krijgen?
Mw. dr. Trees Verstegen (aartsbisdom Utrecht) ging in op de caritasopdracht van de kerk en dr. Tom Koot van bureau Xpand ging in op het ontwikkelen van visie en strategie in de parochie om te bouwen aan de toekomst.
Overigens: het Centrum voor Parochiespiritualiteit en het R.K. Alphacentrum zijn ook met deze vragen bezig en hebben onlangs een dag gehouden in Utrecht over de plaats van het gebed daarin. In een eerder bericht heb ik daarover verteld en mijn lezing daar gepubliceerd. Op de websites van beide centra is ook allerlei info te vinden, onder meer over boek/project ‘Als God renoveert’ en ‘Rebuilt’.
In Heiloo kwamen de deelnemers samen voor de besturencursus. Eerst heb ik met hen de heilige Eucharistie gevierd met een preekje over de lezingen van de dag: het evangelie over de ‘redenerende’ Sadduceën die niet geloven in het eeuwig leven waartegenover Jezus de ervaring van het Joodse volk plaatst dat God geen God van doden maar van levenden is en de eerste lezing uit de Apocalyps van Johannes die ons confronteert met een kerk die strijd en tegenwerking moet ondergaan maar temidden van dit alles op God moet blijven vertrouwen.
Hieronder de belangrijkste punten van de inleiding die ik ’s ochtends in Heiloo heb gehouden.
Hoe kunnen we bouwen aan een levende parochie?
De situatie van het volks-katholicisme is er niet meer, dat betekent dat een andere opstelling nodig is. Je bent niet meer met het hele dorp katholiek of een groot deel daarvan katholiek, je kunt niet meer opgaan in de grote groep. Vroeger werd het kerk-zijn en gelovig-zijn gedragen door een sociale structuur, nu meer: de inspiratie, steun en voeding moet gevonden worden in de eigen geloofsgemeenschap, daar gaan we naar toe. Dat is soms nog moeilijk te begrijpen: een pastoraal werker vertelde me: vrijwilligers hadden een viering voorbereid, maar het woord “God” kwam er nauwelijks in voor. Toen hij daar iets over opmerkte zeiden de vrijwilligers: de mensen hier willen dat helemaal niet.
Openheid naar God
1. Werk niet alsof het allemaal van jezelf afhangt: Niet alleen wat jezelf doet, op de eerste plaats gaat het om wat God doet.
2. We moeten erom bidden: Heer, geef dat wij een levende parochiegemeenschap mogen zijn. Gebed, meditatie, aanbidding in de parochie zijn belangrijk. Creëer in je parochie een ambiance waarin God centraal staat en mensen Zijn tegenwoordigheid (gemakkelijker) kunnen beleven.
3. In je gezin voorgaan in geloof: door te bidden, liefst ook samen; door samen eens een goede film te bekijken, door te praten over deze dingen. Mogen je kinderen eigenlijk weten wat geloof voor je betekent? Een mooie ervaring meemaken (Lourdes, WJD, enz.). Samen op bedevaart gaan.
Openheid naar anderen
4. Een parochiegemeenschap is niet levend als je het samen met elkaar zo gezellig hebt, zij kan niet slechts bestaan uit leuke clubjes van mensen die het goed hebben met elkaar. Kan er gemakkelijk iemand bij onze groep? Staan we echt open voor anderen? Of moet een nieuw iemand helemaal in ons plaatje passen?
5. De Kerk moet open zijn, uitnodigend: hoe kun je de drempel verlagen? Mensen welkom heten, als er een nieuw iemand binnenkomt, moet die persoon zich niet verloren voelen. Mensen uitnodigen om te komen. Mensen die gekomen zijn laten merken dat ze welkom zijn; mensen opnemen in een groep of activiteit die bij hen past (gebedsgroep, gespreks- en studiegroep, werkgroep enz.). Hun ook de tijd geven om erin te groeien. Contacten leggen. Belangrijke vraag: hoe leggen we contacten met andere, nieuwe mensen, ook persoonlijke contacten, wellicht met een concrete uitnodiging. Die vraag moet centraal staan in een parochie die open wil staan voor nieuwe mensen.
In deze zin: wees een missionaire kerk.
6. Ook brede activiteiten proberen te organiseren naast de zondagse Mis of viering, dus iets waar je niet perse gelovig katholiek voor hoeft te zijn, iets dat een verbinding legt tussen de parochie en andere mensen, tussen geloof en leven en dat laat zien dat de kerk relevant is in breder verband. Dat kan bijvoorbeeld door een lezing te organiseren, of een tentoonstelling, een film over de geschiedenis van parochie en kerk, een uitnodiging aan alle kinderen om mee te doen met de palmpaasoptocht, een concert met meditaties in de kerk, een lezing over stervensbegeleiding en palliatieve zorg of over opvoeding of iets dergelijks. Een breder thema kiezen is eveneens belangrijk, wel een thema waarin je duidelijk ook je geloof kunt laten doorklinken. Daar breed aandacht voor vragen en uitnodigen (Facebook en andere social media, website, persberichten, flyers, affiches, plaatselijke radio, plaatselijke kranten; als er een tamelijk vaste en uitgewerkte communicatiestructuur is, werkt het gemakkelijker).
Meer mensen zeggen te bidden dat dat er mensen aangeven gelovig te zijn! Mensen zijn vaak minder open voor directe geloofsverkondiging (die ook nodig is) dan voor bijvoorbeeld een kaarsje opsteken. Misschien is nog belangrijker voor een eerste stap te trachten een ervaring mee te geven dan te verkondiging. Er is weinig stilte in onze maatschappij! God ervaren!
De Vieringen
7. Heel belangrijk zijn goed verzorgde vieringen, die een missionaire uitstraling kunnen hebben. Is onze viering zo dat die nieuwe mensen kan aanspreken? Misschien is polyfone muziek niet altijd de beste keuze, tenzij het koor echt topklasse is. De viering moet het gevoel geven: “Nu ben ik er weer trots op katholiek te zijn”. De katholieke liturgie is de katholieke liturgie, daar moeten we niet mee ‘rommelen’, maar het is natuurlijk goed mogelijk te organiseren wat mensen aanspreekt: Allerzielen, Palmzondag, Goede Vrijdag, de kersttijd, Werelddag van de Armen, Dodenherdenking, Wereldvredesdag enzovoorts, kunnen zich ervoor lenen om mensen bij kerk en geloof te betrekken door een activiteit of een intentie die liefst ook met het leven van de mensen ter plaatse in verband staat. Leg verbindingen en tegelijk: houd de kerk in het midden, dat wil zeggen: in de activiteiten moet het geloofsperspectief goed naar voren komen. Ons doel is dat vele mensen Jezus Christus, Zijn evangelie en Zijn kerk leren kennen en waarderen.
8. De Heer in ons midden! We moeten niet te veel alles maken tot een overleg over het doen van dingetjes. Hou het geloofsperspectief erbij! Durf te beginnen met een gebed en zeg af en toe eens iets over waar we dit allemaal voor doen, dat het waardevol is om het geloof door te geven aan volgende generaties.
9. De Eucharistie in het midden houden. Niet om iets af te doen aan de inzet van mensen die geen priester zijn, wel om te weten dat het daarom gaat. De Heer heeft ons de Eucharistie gegeven als gedachtenis en viering van Zijn paasmysterie. De centrale betekenis van de Eucharistie is onderstreept door het tweede Vaticaans concilie en door paus Johannes Paulus II in zijn Encycliek Ecclesia de Eucharistie. Daar komen we als volk van God bij elkaar. Het is daarom goed en zelfs belangrijk dat we de Eucharistievieringen trachten te maken tot ware gemeenschapsvieringen (in alle respect voor de liturgische richtlijnen): met deelname van lectoren, leden van de gemeenschap die voorbeden doen, offergavenprocessie, af en toe een getuigenis van iemand uit de gemeenschap, samenzang enzovoorts. In de Eucharistieviering moet duidelijk worden dat die gedragen wordt door de parochiegemeenschap.
10. Zorg dat niet alleen in de kerk alles goed gaat, maar probeer ook naar buiten te treden. Daar hebben we het al even over gehad: ook brede activiteiten zijn belangrijk, niet in de plaats van de zondagse viering, maar daarnaast.
Negatieve berichten, ruzies en relletjes
11. Als er een relletje is in de kerk: probeer dan de juiste informatie te vinden en die onder de aandacht te brengen, bijv. over het homo-standpunt van de paus of over seksueel misbruik. Laat je niet te gemakkelijk meenemen door de emotie van het moment en probeer feitelijke informatie te verzamelen en door te geven. Niet alles klopt wat er in de pers wordt geroepen, ook al zit er een kern van waarheid in. Probeer goed te overwegen hoe het overkomt wat je zegt of doet. Het kan wel zijn dat je zelf even je gevoel hebt geuit, maar kan een ander dat wel voldoende plaatsen? Geef je door je eigen optreden voldoende positieve uitstraling aan de boodschap waar we voor staan. Kijk niet alleen naar de hiërarchie (paus, bisschop), we zijn samen verantwoordelijk voor de toekomst van onze kerk en ons geloof (denk bijv. aan fusieprocessen, kerksluitingen, het komen tot een levende parochie).
12. Treedt niet met ruzies naar buiten, probeer die intern op te lossen. Het enige effect van over elkaar heen rollen in de media of met brieven is vaak dat mensen denken: wat is dat voor een raar stelletje, daar wil ik niet bij horen. Heb je ruzie met iemand, zoek een weg naar vrede en verzoening. Probeer niet in te vullen wat de slechte intenties van de ander zijn; natuurlijk je hebt je eigen emoties, maar je kunt er donder op zeggen dat het allemaal niet zo zwart wit ligt, als jij het nu ziet.
Het teken van christen-zijn is de liefde: “Ziet hoe zij elkander liefhebben”. “Waar vriendschap heerst en liefde, daar is God”.
Zoeken naar verbreding
13. Als de eigen gemeenschap niet levensvatbaar is als echte gemeenschap met jong en oud, eerste heilige communie en vormsel, kindercatechese en jongerenwerk, caritas activiteiten en activiteiten naar buiten toe, dan is het tijd om de gemeenschap te verbreden of liever: gemeenschap te gaan vormen op een ruimere schaal.
14. De weg is niet: de kerk sluiten en daarna gemeenschap gaan vormen in breder verband, maar precies omgekeerd: eerst gemeenschap gaan vormen in breder verband en als de lokale groep daarin goed zijn weg heeft gevonden, kunnen sommige onontkoombare stappen worden gezet, zoals soms ook kerksluiting.
15. Gemeenschapsvorming in breder verband kan allerlei vormen aannemen: fietstocht of wandeltocht langs de verschillende kerken, een gezamenlijke viering bij bepaalde gelegenheden, gezamenlijke parochie-avonden, bedevaarten en andere activiteiten, om- en om vieren, enzovoorts. Deze fase vraagt om creativiteit ter plaatse.
Denk niet te gauw dat dit soort activiteiten te veel inzet en tijd vragen; een (te) plotselinge en te weinig voorbereide afkondiging van bijvoorbeeld een kerksluiting kan veel negatieve energie opwekken en per saldo de gemeenschappen niets opleveren, aan geld en aan mensen...
Tot slot
16. Geloof in de Heer die de Kerk leidt! Geloof in de boodschap die Jezus Christus ons heeft gebracht. Laat dat bij alles wat je doet en zegt de onderstroom zijn.