Antoine Bodar ere-kanunnik
Dank voor zijn inzet...
Dinsdagavond was ik in de kerk en het college van Santa Maria dell' Anima, waar ik de eer had de benoeming van dr. Antoine Bodar bekend te maken tot ere-kanunnik van het kathedraal kapittel van het bisdom Haarlem-Amsterdam. Aan het einde van de homilie (zie hieronder) mocht ik hem de oorkonde uitreiken en een kanunnikenmanteltje overreiken als teken van de waardering voor de inzet van dr. Antoine Bodar voor het katholieke geloof, in het bijzonder in de media.
Onder de Duitse originele tekst is een Nederlandse vertaling te lezen.
Antoine Bodar
Onlangs heeft Antoine Bodar de 75-jarige leeftijd bereikt en dat was de directe aanleiding om hem deze benoeming te verlenen. De woorden waarmee ik Antoine Bodar heb toegesproken zijn hieronder na te lezen. Aan het eind van de Eucharistieviering heeft ook de rektor van het college daar een woord van felicitatie aan toegevoegd.
Antoine Bodar heeft in de media, door talloze publicaties, TV-uitzendingen, optredens in den lande een grote betekenis voor de katholieke kerk in Nederland.
Santa Maria dell' Anima
De Santa Maria dell' Anima is een Duitstalig college - voor alle Duitstalige landen - maar gesticht door een echtpaar uit Dordrecht. Het ligt vlak bij het Piazza Navona, een bekende toeristische trekpleister. Nog steeds heeft ook de Nederlandse kerkprovincie een band met dit college, waar bijvoorbeeld kardinaal Bernardus Alfrink heeft gewoond tijdens zijn studie in Rome en waar ook nu Nederlandse priesters verblijven.
Feestdis
Na de Eucharistieviering in de kerk van Santa Maria dell' Anima, in concelebratie met rector Prel. F. X. Brandmayr en de priester-huisgenoten van dit college was er een feestelijke maaltijd waarbij Antoine Bodar een dankwoord gesproken heeft.
Homilie Santa Maria dell’ Anima
(evangelie Mc. 8, 14-21)
Kein Brot
Die Jünger sitzen mit Jesus im Boot auf dem See; sie haben das Essen vergessen und sie haben nicht mehr als ein Brot dabei; Sie erleben einen Mangel, obwohl es nicht so ganz dramatisch erscheint. Sie sitzen im Boot und können den Bedarf nicht decken, indem sie sich genügend Brot erwerben. Die Jünger haben selbst das Brot vergessen und werden über ihren dummen Fehler unglücklich sein.
Sauerteig
Jesus nutzt diese Situation, um seine Jünger vor dem Sauerteig der Pharisäer und Herodes zu warnen. Die Pharisäer und Herodes hatten eines gemeinsam: Sie strebten nach Ansehen, Ehre, Reichtum, Macht und Kontrolle. Bedrohungen in diesem Bereich brachten sie zusammen. Ihr Denken und Streben bleibt daher in menschlichen Rahmen gefangen. Genau diesem so weit verbreiteten Streben nach Ansehen, Reichtum und Macht wirkt die Befolgung der evangelischen Räte von Armut, Keuschheit und Gehorsam entgegen. Dieses menschliches Streben, dass sich auf die eigene Herrlichkeit und Macht konzentriert, ist der Kern der Versuchungen, denen Jesus zu Beginn seines öffentlichen Lebens widerstehen musste. Wir werden diese Episode natürlich am ersten Sonntag der Fastenzeit wieder mal lesen und hören.
Materielle Gegenstände
Hier ist ein Kontaktpunkt zu den Jüngern im Boot, die vergessen haben, das Brot mitzunehmen: Die kümmern sich um etwas, das aufgrund ihrer Nachlässigkeit fehlt, um materielle Gegenstände, um Laibe, die sie vermissen. In diesem Sinne befassen die Jünger sich auch mit ihrer eigenen Zukunft - von der sie hoffen, dass die herrlich sein wird - und mit dem Platz, den sie im Reich ihres Herrn einnehmen werden.
Wie Er gesorgt hat...
Aber sie denken damit in Kategorien menschlicher Fähigkeiten, des Besitzes, menschlichen Versagens oder menschlichen Erfolgs. De Sorge um den Brotmangel ist Zeichen dafür, das die Jünger auf eigene Vorsehung bauen, ihr Leben im menschlichen Rahmen verstehen.
Der Herr antwortet seinen Aposteln, indem er auf die Erfahrungen hinweist, die sie bis zu diesem Zeitpunkt gemacht hatten. Er erinnert daran wie der Herr für sie gesorgt hatte, wie er dafür gesorgt hatte, dass niemand an irgendetwas Mangel hatte und alles reichlich vorhanden war.
Ich werde mit dir sein
Die Worte des Herrn gelten auch für uns: Sie laden uns ein, darüber nachzudenken, was der Herr für uns getan hat, darüber nachzudenken, wie unser Leben bisher verlaufen ist, und darin seine Hand, Gottes Vorsehung, zu erkennen, damit wir uns seine Vorsehung anvertrauen.
Diese Vorsehung Gottes ist Kern und Fundament unseres Vertrauens: Der Herr hat sich um uns gekümmert. Er hat mich nicht verlassen. Ich war ein Sünder, Er hat mir vergeben; Ich hatte eine harte Zeit. Er gab mir einen Ausblick. Ich bemerkte, dass ich unzulänglich war, aber er war da und führte mich weiter. Er hat mich gerettet, Er hat mich geführt, Er war immer da, Er ist meine Zukunft.
Nicht der Sauerteig der Pharisäer, das Streben nach Ehre, Positionen, menschlichem Erfolg, sondern Loslassen, Hingeben und Vertrauen. Die Zusicherung des Glaubens lautet: Ich werde mit dir sein.
Antoine Bodar
Heute darf ich in dieser Eucharistie Gott danken für all seine Gaben, und insbesondere möchte ich dem Herrn heute für die Gabe des Lebens und der Werke von Antoine Bodar danken. In einem dreiviertel Jahrhundert, in mehr als 27 Priesterjahren, haben Sie, Antoine, einen außergewöhnlichen Beitrag zur Verkündigung des katholischen Glaubens geleistet.
Fernsehen
Viele wunderbare Programme im nationalen Fernsehen - ich denke zunächst spontan an "Eeuwigh gaat voor ogenblick", die Serie über Assisi und Franziskus, die über Paulus, die Weihnachtssendungen, aber es gibt noch viel mehr. Wenn es um eine katholische Position zu sensiblen Themen ging, waren Sie immer bereit, die katholische Vision in den am häufigsten gesehenen Programmen als Frontkämpfer dar zu legen und zu erklären - wie ein Miles Christi. So haben Sie oft ihre Stimme erhoben gegen die Tendenzen einer säkularisierende, zunehmend dekadente Kultur.
Ökumenische Bedeutung
Darüber hinaus gab und gibt es Ihre Lehrtätigkeit an den Universitäten von Leiden und Tilburg, Ihre unzähligen Auftritte im ganzen Land - Vorträge, Foren, Versammlungen, heilige Messen - und es gibt viele Bücher und andere Veröffentlichungen, durch die Sie zu einer gründlichen Reflexion beigetragen haben im Feld der Spiritualität, Kultur, Glaube. All dies hatte und hat auch in den Niederlanden eine große ökumenische Bedeutung. Protestantische Studenten sind Ihre treuesten Fans.
Willems-Orden
Der frühere Ministerpräsident Dries van Agt hat einmal gesagt, dass Ihr Engagement die höchste kirchliche Variante des Militär-Willems-Ordens verdient, das ist die höchste militärische Auszeichnung, die die Niederlande kennen, aber ich kann sie Ihnen leider nicht geben. Ich komme heute mit einem Tribut, den Sie hoffentlich schätzen und in aller Einfachheit annehmen und der ein Zeichen großer und aufrichtiger Wertschätzung für Ihren außerordentlichen Dienst als Priester, Journalisten und Gelehrten ist. Sie wollten all dies tun und Sie werden es weiterhin tun als Dienst an Christus und seiner Kirche und daher als Dienst an vielen Menschen. Vielen Dank dafür. Ich darf also jetzt bekannt geben dass der Bischof von Haarlem-Amsterdam in Anerkennung dieser Verdienste Sie ernannt hat zum ehren-Domkapitular.
Nederlandse vertaling:
De leerlingen zitten met Jezus in de boot op het meer; zij hebben het voedsel vergeten en ze hebben niet meer dan één brood; ze ervaren dus een nood, al mag die ook niet zo dramatisch lijken; ze zitten in de boot en kunnen niet in de nood voorzien door brood in te slaan. De leerlingen zelf zijn in gebreke gebleven en dus zullen ze zich ongelukkig voelen over hun domme fout.
Die situatie grijpt Jezus aan om Zijn leerlingen te waarschuwen voor het zuurdeeg van de Farizeeën en Herodes. De Farizeeën en Herodes hadden één ding gemeen: zij streefden naar perfectie, eer, macht en zeggenschap. Dreigingen op dat terrein brachten hen bij elkaar. Hun denken en streven blijft dus in menselijke kaders gevangen. Het is precies dit zo algemeen verbreide streven dat wordt tegen gegaan door de navolging van de evangelische raden van armoede, zuiverheid en gehoorzaamheid. Dit op eigen glorie gerichte menselijk streven is de kern van de bekoringen die Jezus aan het begin van Zijn openbaar leven moest weerstaan; we zullen die episode op de eerste zondag van de Vasten natuurlijk weer lezen en horen.
Hier ligt een raakpunt met die leerlingen in de boot, die het brood vergeten hebben mee te nemen: ze maken zich zorgen over iets wat niet goed is gegaan door hun nalatigheid, over materiële voorwerpen, broden die zij missen. In deze zin zijn zij ook bezig met hun eigen toekomst - waarvan zij hopen dat die glorieus zal zijn - en met de plaats die zij zullen gaan bekleden in het rijk van hun Heer.
In beide gevallen denken zij in categorieën van menselijk kunnen, van bezitten, van menselijk falen of menselijk succes. Zo staat de zorg om het gebrek aan brood als het ware symbool voor het bouwen op eigen voorzienigheid, op de menselijke kaders.
De Heer antwoordt Zijn apostelen door te wijzen op de ervaringen die ze tot dan toe hadden opgedaan: hoe de Heer voor hen gezorgd had, hoe Hij op andere momenten van nood en gebrek aan brood, ervoor gezorgd had dat niemand iets tekort kwam en alles overvloedig aanwezig was.
Die woorden van de Heer gelden ook voor ons: ze nodigen ons uit om terug te denken aan wat de Heer voor ons heeft gedaan, om te bedenken hoe ons leven tot nu toe verlopen is en daarin Zijn hand, Gods voorzienigheid in te herkennen
en dan ook tot overgave te komen, door het streven, het willen hebben en houden, menselijke voorzienigheid los te laten.
Dit hoort tot onze diepste overtuiging en het is de grond van ons vertrouwen: de Heer heeft voor mij gezorgd. Hij heeft mij niet in de steek gelaten. Ik was een zondaar, Hij heeft mij vergeven; Ik had het moeilijk, Hij gaf mij uitzicht; Ik merkte dat ik tekort schoot, maar Hij was er en heeft mij verder geleid. Hij heeft mij bewaard, Hij heeft mij geleid, Hij was er altijd, Hij is mijn toekomst.
Niet het zuurdeeg van de Farizeeën, het streven naar eer, naar posities, naar menselijke successen, maar loslaten, overgave en vertrouwen. Onze geloofszekerheid is: Hij zal er zijn.
Vandaag mag ik met U God danken voor al Zijn gaven in deze Eucharistie en in het bijzonder wil ik vandaag de Heer danken voor de gave van het leven en werken van Antoine Bodar. In de driekwart eeuw van Uw leven, in meer dan 27 priesterjaren, hebt U, Antoine, een uitzonderlijke bijdrage gegeven aan de verkondiging van het katholieke geloof. Vele prachtige programma’s op de nationale televisie - ik denk spontaan het eerst aan “Eeuwigh gaet voor ogenblick”, de series over Franciscus, Paulus, de kerstuitzendingen, maar er is veel meer. En als het ging om een katholiek standpunt in gevoelige kwesties was U steeds bereid om als een strijder in de frontlinie - als een Miles Christi - in de meest bekeken programma’s de katholieke visie uit te leggen en toe te lichten. Vaak was U een tegengeluid in een seculariserende, steeds decadenter cultuur.
Daarnaast was en is er Uw onderricht aan de Universiteiten van Leiden en Tilburg, Uw ontelbare optredens in heel het land - lezingen, fora, bijeenkomsten, heilige Missen - en zijn er de zeer vele boeken en andere publicaties waardoor U hebt bijgedragen aan bezinning, verdieping, spiritualiteit, cultuur, geloof. Dat alles had en heeft ook een grote oecumenische betekenis in Nederland. Protestantse studenten zijn Uw trouwste fans. Oud-minister president Dries van Agt heeft eens gezegd dat Uw inzet de hoogste kerkelijke variant van de Militaire Willemsorde verdient, dat is de hoogste militaire onderscheiding die Nederland kent, maar die kan ik U helaas niet geven. Ik kom vandaag met een eerbewijs, waarvan ik hoop dat U het in eenvoud wilt aanvaarden en dit wilt zien als een teken van grote en oprechte waardering voor Uw buitengewone dienst als priester, journalist en wetenschapper. U hebt dit alles willen doen en blijft het gelukkig doen als een dienst aan Christus en Zijn kerk en dus als een dienst aan vele mensen. Hartelijk dank hiervoor.
Ik mag dus hierbij bekend maken dat de bisschop van Haarlem-Amsterdam U heeft benoemd tot ere-kanunnik van het bisdom Haarlem-Amsterdam.