Die band die het leven zo mooi maakt....
...vrede....vreugde....moed....dankbaarheid...
De eerste zondag van de meimaand, bevrijdingsdag was ik in de Sint Christophorusparochie in Schagen waar ik met pastoor deken Eduard Moltzer de heilige Mis heb gevierd met de parochiegemeenschap van Schagen. De catechiste mw. Monica Wildeboer van Rossum assisteerde als lector, de diaken P. Steur moest het na een heup operatie nog wat rustig aandoen en zong mee met het herenkoor dat de Gregoriaanse zang zeer verzorgd uitvoerde. Natuurlijk hebben we even stil gestaan bij het feit dat de meimaand begonnen is, die bijzonder aan Maria is toegewijd. En natuurlijk is deze vijfde mei tevens een gelegenheid om God te danken dat we in vrijehid mogen leven en om die vrijheid ook voor alle volkeren te vragen.
Hieronder volgt de homilie die ik bij deze gelegenheid heb gehouden.
homilie
Een echt persoonlijk geloof
begint met een geraakt zijn.
Ergens voel je in je hart: “Hij is er”,
“God bestaat”.
Je merkt in je hart die band met God,
die je leven mooi maakt, diepte geeft.
Dat is duidelijk een band van liefde.
In de jaren dat ik priester en bisschop ben,
heb ik heel veel mooie ervaringen gehoord van mensen
die Gods aanwezigheid hebben ervaren
en dat op allerlei verschillende manieren.
Soms verbonden met een diepingrijpende gebeurtenis
in het leven van iemand
die worstelde met een verlies,
met een verdriet, met een pijn of een last.
En opeens of geleidelijk
was daar de aanwezigheid van de Heer,
waardoor er een licht en een warmte
door de duisternis brak.
Soms ook meer als een antwoord op een vraag
op een zoeken,
soms was dat iets wat ongemerkt groeide
of het kwam misschien zomaar onverwacht
als een bliksemflits bij heldere hemel.
Waar en wanneer heb je God ervaren?
Eigenlijk was dat een soort van liefdeservaring;
dat is de ervaring waar het evangelie vandaag over spreekt:
“Als iemand Mij liefheeft
zal hij mijn woord onderhouden:
mijn Vader zal hem liefhebben
en wij zullen tot hem komen
en verblijf bij hem nemen”.
Af en toe is het best weleens goed en mooi
om voor jezelf na te gaan:
hoe is mijn band met God gegroeid?
Zoals je dat misschien ook weleens nagaat
voor je relatie met je man of vrouw.
Welke momenten in ons leven
zijn bepalend geweest,
van groot belang voor onze relatie,
voor ons toegroeien naar elkaar?
Natuurlijk zul je dan denken aan momenten
waarop je elkaar tot steun bent geweest
en zo is het denk ik ook wel min of meer
voor je relatie met God:
die momenten waarop je merkte
dat Hij er voor je was,
dat je steun vond bij God,
waren van groot belang voor je geloofsrelatie.
De eerste lezing die we hebben gehoord,
uit de Handelingen van de Apostelen,
verhaalde van een heel belangrijk moment
uit het leven van de eerste christenen.
De eerste volgelingen van Jezus
kwamen voort uit het Joodse volk
en aan dat volk had God Zijn belofte gegeven.
Betekende dit nu ook
dat de christenen zoals de Joden
besneden moesten worden
en heel de Joodse wet
met al zijn regels en geboden
moesten onderhouden?
De apostelen kwamen in Jeruzalem bij elkaar
om over deze vraag te spreken.
En wat was het antwoord?
Nee, ons geloof is geen geloof van regeltjes en wetjes
en als je die maar doet, dan is het goed.
Nee, alles begint bij de heilige Geest,
de liefde van God en voor God in je hart,
dan komt de rest bijna vanzelf.
U merkt het misschien ook
als U bij geloofsopvoeding betrokken bent,
je kunt duizend keer iets vertellen,
maar er gebeurt pas iets
als de vonk overslaat
als een kind, een jongere of volwassene
God kan ontmoeten,
een ervaring van Gods aanwezigheid kan opdoen.
Dat kan al thuis gebeuren:
het gelovig vertrouwen,
een band met God
die een kind bij de ouders ervaart,
of een ervaring die je samen als gezin doormaakt
- ook soms een moeilijke periode -
kan die vonk doen overslaan.
Er waren bij de inhuldiging van de nieuwe koning
toch nog aardig wat parlementsleden
die de eed aflegden,
maar het was geen meerderheid meer.
Er is natuurlijk veel veranderd in de samenleving.
Toen bijna heel de maatschappij nog gelovig was
en vaak ook katholiek
kon je er wel op rekenen dat jonge mensen
een geloofsopvoeding meekregen op school
of in ander verband.
Veel ouders hebben pijnlijk moeten ervaren
dat ze er in feite alleen voor stonden
als het ging om het doorgeven van geloof.
En toch kan die vonk op een gegeven moment overslaan!
Er moet natuurlijk ergens wel
een vorm van openheid zijn in een mens;
om een band met God te krijgen,
moet je ergens wel een zoekend hart hebben.
Soms zijn mensen heel afgesloten,
willen ze er niets van weten,
soms omdat het leven waarvoor zij hebben gekozen
daar helemaal niet bij past.
En soms hebben mensen het gevoel
dat geloven alleen maar met “moeten” heeft te maken,
alsof het geloof een soort eisenpakket is
dat op tafel ligt,
een verzameling wetjes en regels;
maar een band van geloof komt alleen
vanuit je relatie met de Heer,
die bouw je op bijna zoals je dat doet
in een relatie met een mens;
niet wetten en regels en moeten
maar andere woorden
zijn dan veel meer op hun plaats:
zoals “vertrouwen”,
“gedragen worden”,
“vrede”, “vreugde”, “moed”
en “dankbaarheid”.
Verschillende van deze woorden
keerden terug in het evangelie van vandaag.
En dat je dan bepaalde keuzes maakt
en dingen wel of niet doet,
is niet zozeer een “moeten”,
- dat je niet met 130 door de bebouwde kom scheurt
is toch ook niet omdat het niet mag,
maar omdat je niemand wil beschadigen -;
je laat het dan niet achterwege omdat het niet mag
maar eerder omdat het eigenlijk niet past,
omdat het je eigenlijk tegen de borst stuit
en uiteindelijk omdat je die liefdesrelatie met God
erdoor beschadigen zou:
dat is het wat Jezus hier zegt in het evangelie:
“Als iemand Mij liefheeft
zal hij Mijn woord onderhouden”,
dat komt er dan gewoon uit voort....
Zie je geloof dus liever niet
als een serie dingetjes die je moet doen:
je moet bidden voor het eten,
je moet op zondag naar de Mis,
je moet dit en je moet dat.
Dan wordt het een last, een verplichting,
een wet of een regel.
Maar hef je hart omhoog,
denk er aan dat God je ziet,
dat Hij je kent en van je houdt,
denk er even aan
misschien terwijl je strijkt, auto rijdt of de was doet
of gewoon maar even rustig zit
en wees gewoon maar dankbaar en blij
om die band met God,
dat je beschermd wordt,
dat je leven ergens toch geleid wordt,
dat het allemaal niet zinloos is,
dat je de kracht gekregen hebt
en dat je tot hier gekomen bent....
“Vrede laat ik U na,
mijn vrede geef ik u”.
Natuurlijk betekent dat niet
dat we het nooit moeilijk hebben
omdat je gelooft,
en dat we alles wel zien zitten.
Het kan heel goed zijn
dat je in duisternis komt te verkeren,
en niets ervaart van Gods aanwezigheid.
Moeder Teresa - die heilige zuster van de sloppenwijken -
heeft dat bijvoorbeeld een groot deel van haar leven gehad.
Toch ging zij door
en God gaf haar kracht.
Het was wel donker,
toch bleef zij vertrouwen.
Ook dat zegt Jezus vandaag aan Zijn leerlingen:
“Laat je hart niet verontrust
of kleinmoedig worden”.
Die kracht wens ik U allen toe,
dat vertrouwen, die vreugde, die moed....
Amen