Arsacal
button
button
button
button


Testa-relieken overgebracht naar Amsterdamse co-kathedraal

Overweging Preek - gepubliceerd: zondag, 30 maart 2025 - 1236 woorden
fotoserie: Wim Koopman
fotoserie: Wim Koopman

Op zon­dag Laetare, 30 maart, zijn de Testa-reli­kwieën over­ge­bracht naar de Am­ster­damse co-ka­the­draal. Een doorn van de doornen­kroon van Christus en hout van het kruis zijn samen­ge­bracht in een reliekh­ou­der, die ooit in Con­stan­ti­no­pel stond. De fees­te­lij­ke Mis werd op TV uitgezon­den. Een kort ver­slag met onderaan een fotoreportage.

(meer foto's op de web­si­te van het bisdom: www.bisdomhaarlem-amster­dam.nl)

De reliekh­ou­der

De Testa-reli­kwieën zijn in 1660 door Francois Draco Testa gered uit een bran­dende kerk in de stad Con­stan­ti­no­pel; zo kwamen ze in bezit van de familie. In de eeuwen erna kwam de adellijke familie van Ita­li­aanse afkomst gelei­de­lijk deels naar Neder­land. In 1935 besloot Karl Viktor Testa ook de reliekh­ou­der naar ons land te laten komen. Met mede­wer­king van de minister van defensie werd die per marine­schip naar Am­ster­dam ver­voerd. Daar werd de reliekh­ou­der in 1939 toe­ver­trouwd aan de St. Agnes­kerk. In het kader van het 750-jarig jubileum van de stad Am­ster­dam werd besloten de reliekh­ou­der te ver­plaatsen naar de co-ka­the­draal.

Voor de uitzen­ding van de Mis stond ik ook in een geloofs­ge­sprek stil bij de verhef­fing tot co-ka­the­draal en de Testa-relieken.

De reliekh­ou­der zal over enige tijd per­ma­nent zicht­baar en te vereren zijn in de co-ka­the­draal waar die wordt geplaatst in een nis voor­zien van beveiligd glas.

Gasten

Bij de heilige Mis waren vele bekende gasten aanwe­zig, zoals de voor­zit­ter van de tweede kamer, Martin Bosma, de Com­mis­sa­ris van de Koning, Arthur van Dijk, de staats­secre­taris voor rechtsbescher­ming, de heer Teun Struycken, de am­bas­sa­deurs van Kazachstan en Turkije, Jort Kelder, vml minister Ed Nijpels, vice-adminraal Matthieu Bors­boom, mgr. Willem van de Valk en vele anderen: de co-ka­the­draal was geheel gevuld. Pastoor Martin Kromann Knudsen was aanwe­zig om de reliekh­ou­der over te dragen. Ridders van Malta, van het H. Graf, van de Constan­tijnse Orde en leden van het H. Kerst­mis­gilde waren bij de vie­ring aanwe­zig. De prach­tige zang was van het Basilica Consort o.l.v. Christiaan de Winter.

De reliekh­ou­der in de vie­ring

Bij het begin van de vie­ring werd de reliekh­ou­der binnen­ge­dragen en bij het altaar geplaatst en bewierookt. Pastoor-deken Eric Fennis, die tevens jarig was, heette de aanwe­zigen welkom. De nieuwe eige­naar van de reliek, mw. Noepy Beckers-Testa - die deze over­ge­dragen kreeg van jhr. André Testa - deed de eerste lezing en sprak een dank­woord aan het einde van de vie­ring. In de wacht­ka­mer van het centraal station was daarna een receptie voor de geno­dig­den van de familie.

Tijdens de receptie werd het boek van Mehmet Tütüncü ge­pre­sen­teerd dat de ge­schie­de­nis van de reliekwieën beschrijft.

Een goede balans vin­den

VIERDE ZONDAG VAN DE VEERTIGDAGENTIJD C

Overhan­diging van de Testa-relieken, Co-ka­the­draal.

Het is voor ons en voor deze co-ka­the­draal
een bij­zon­dere vreugde en eer
de relieken van het H. Kruis en de Doornen­kroon
hier te mogen ont­van­gen;
vanuit Jeru­za­lem, over Con­stan­ti­no­pel (Istanbul)
zijn die naar Am­ster­dam geko­men.
Deze his­to­rische reliekh­ou­der,
stille getuige van de kerkge­schie­de­nis
en van het lij­den van Jezus Christus
zal hier wor­den geplaatst
ter ver­ering en ge­dach­te­nis
van het offer dat Jezus Christus
uit liefde voor ons
op het kruis heeft gebracht.

Gaat het erom jezelf te verwer­ke­lijken?

Gelukkig zijn er steeds meer mensen
die zich ervan bewust wor­den
dat kunnen doen wat je wilt,
je eigen gang kunnen gaan,
jezelf kunnen zijn,
ook niet alles is.
Wie helemaal zit op de lijn
van zijn eigen vrij­heid aanvaard willen zien,
van erkend en geac­cep­teerd willen wor­den
zoals je bent of wilt zijn,
mist mis­schien juist iets
van wat het leven zo mooi en waarde­vol maakt.

Zoeken naar balans

Zeker, iedere mens is uniek en waarde­vol in zich­zelf
en de waar­dig­heid van iedere mens
vraagt om respect,
maar ons leven wordt mooi en bete­ke­nis­vol
door de liefde, dienst­ba­re, gevende liefde:
liefde voor God en de naaste.
Daarom moeten we eigen­lijk wel
naar een zekere balans zoeken
tussen jezelf verwer­ke­lijken
en je geven en er zijn voor anderen,
door onze dienst­baar­heid en inzet
voor een betere wereld,
voor een naaste in een nood,
bij­voor­beeld door de Vastenaktie.
Alle inzet voor de naaste,
ten bate van de samen­le­ving,
van cultuur, kerk, geloof en caritas,
maakt de wereld beter en mooier
en geeft ons leven meer bete­ke­nis en glans:
door dienst­ba­re inzet en liefde
laten we een mooi spoor na.

Offers brengen

Dus dan komt ook de vraag:
kun je eigen behoeftes en wensen rela­ti­ve­ren,
zelfs opgeven voor een goede zaak?
Zijn we in staat om offers te brengen
voor een be­lang­rijk doel?
We staan allemaal weleens
op een soort gees­te­lijk kruis­punt:
kies ik deze weg, kies ik voor mezelf
of kies ik voor een weg
die zelf­ver­loo­che­ning van me vraagt?
Als je kind je nodig heeft,
dan ben je er,
al komt het niet goed uit
en je geeft zorg aan je dier­ba­ren.
ook al vraagt dat veel.

Kiezen voor jezelf?

De keuze die we noemen: “kiezen voor jezelf”
is niet perse ver­keerd, of zo.
Soms is iets echt te veel,
je moet ook grenzen stellen,
je hebt ook tijd en adem­ruim­te nodig.
En uit­ein­delijk kan
die “keuze voor jezelf”, die ”tijd voor jezelf”
de beste keuze en ook goed voor anderen zijn.
Als een keuze niet goed is voor jezelf,
is die mis­schien ook niet zo goed voor je naasten.
Er is een balans nodig;
we mogen daarbij ook fouten maken
en het doet een mens alleen maar goed
als hij ook weer op zijn schre­den terug kan keren.

De vader van de verloren zoon

We hoor­den zojuist de parabel van de verloren zoon,
die ook de parabel van de barm­har­tige vader genoemd wordt.
Rembrandt schil­derde die vader - beeld van God -
terwijl die zijn verloren zoon verwel­komt
met een vader­hand en een moe­der­hand,
want God is je vader en moe­der tege­lijk.
Hij is trouwens geen man of vrouw,
want God is geen mens,
maar uit­ein­delijk een aanspreek­baar geheimenis,
je kunt een mooie relatie met Hem krijgen,
maar Hij gaat je ook altijd te boven.

De jongste zoon

De jongste zoon verlaat in de parabel zijn thuis.
Hij kiest voor zich­zelf,
maar het is geen volwassen keuze;
hij wil vrij zijn, zijn eigen weg gaan;
en al is zijn vader nog niet dood,
hij wil alvast zijn erfenis hebben,
zodat hij die eigen weg kan finan­cieren;
hij wil zeker niet lan­ger braaf dienen
in het agra­risch bedrijf van zijn vader.
De goede balans is dui­de­lijk zoek
en het wordt een harde leer­school voor die jongen:
hij loopt tegen grenzen op,
komt zich­zelf tegen
en dat zoeken naar vrij­heid,
naar zich­zelf kunnen zijn,
ein­digt in dit verhaal in
een verne­de­rend werken
tussen de varkens,
die voor Joden onreine dieren zijn,
Die jongen zit dus in een diep, diep dal.

Wat hem heeft gered...

Maar dan heeft hij gelukkig
- hoe verne­de­rend dat ook is -
de moed om met hangende pootjes
naar zijn vader terug te gaan.
Die moed tot nede­rig­heid,
die gaat hem red­den, zo is dat ook voor ons:
zijn vader staat met open armen klaar.

Om terug te gaan

De Veer­tig­da­gen­tijd roept ons daartoe op:
aarzel niet om naar je hemelse Vader te gaan,
of om mis­schien weer terug te gaan.
Het sacra­ment van de biecht heeft daarom
een speciale plaats in de voor­be­rei­ding op Pasen.
Die weg naar de Vader kan niet anders zijn
dan een weg naar dienst­ba­re liefde,
naar het voor­beeld van Jezus Christus.
Hij heeft voor ons, voor allen,
het offer van Zijn leven gebracht.
Daaraan zullen in deze co-ka­the­drale basiliek
de Testa-relieken van kruis en doornen­kroon
een blijvende en in­spi­re­rende her­in­ne­ring zijn.

post deze webpagina op: Facebook X / Twitter

Fotoserie

Klik op een foto voor een uitvergroting.
Terug