Blijf vertrouwen, blijf bidden...
29e zondag door het jaar C
De Maria Hemelvaartparochie in Heemstede wacht nog op haar nieuwe pastoor, die binnenkort daar zal beginnen. In de tussentijd kom ik graag een paar keer om daar de heilige Eucharistie te vieren. Dat was zo op wereldmissiedag, 20 oktober, waarbij ik de volgende homilie heb gehouden:
homilie
Ik denk dat we allemaal weleens voor iets hebben gebeden
wat we niet gekregen hebben,
want de Heer zegt in het evangelie wel:
"vraagt en je zult verkrijgen,
maar hij zegt er niet precies bij
wát we dan krijgen
en het wordt nog iets mysterieuzer
als de Heer ook een keer zegt
dat we de heilige Geest zullen ontvangen
als wij Hem om iets smeken.
Dit stelt ons voor allerlei vragen:
waarom geeft God mij dit nu niet,
gunt Hij het me niet?
Wil Hij mij straffen?
Ben ik niet goed genoeg voor Hem?
Houdt Hij wel van mij?
Bestaat Hij eigenlijk wel?
Terecht komt het ook wel in ons op
dat wij niet alles goed overzien,
dat wij kleine beperkte mensen zijn,
dat wij nu eenmaal niet altijd
kunnen begrijpen of vermoeden
waarom iets goed voor ons zou kunnen zijn,
waarom iets heeft moeten gebeuren.
Hier is dus ook veel vertrouwen nodig.
Zonder vertrouwen kun je niet geloven!
Aan de andere kant
hebben we misschien toch ook wel ervaringen opgedaan
waardoor we ons gesterkt en bemoedigd hebben gevoeld
en waarin we Gods aanwezigheid,
Zijn werkzaamheid en goede gaven
hebben herkend,
maar in tijden dat Onze Lieve Heer wat doof schijnt te zijn,
zijn we dat misschien weer vlug vergeten.
Toch moeten we ons niet te gauw laten ontmoedigen,
dat wil het evangelie ons vandaag
nog eens duidelijk voorhouden.
Dat God ons vast niet wil verhoren
en dat Hij al zo lang doof blijft voor ons bidden,
dat was een gedachte
waar blijkbaar ook de apostelen
wel eens last van hadden.
Met het voorbeeld van de onrechtvaardige rechter,
die niet geneigd is
om iemand zonder geld en macht
te helpen door een eerlijk vonnis te wijzen,
maar die door het aanhoudend gebed
van een arme weduwe
toch zover gebracht wordt
dat hij toch maar gaat doen
waar hij niet veel zin in heeft,
met dat voorbeeld
wil Jezus ons duidelijk maken
dat we moeten blijven bidden
en dat we het niet zo gauw op moeten geven.
Als zo’n oneerlijke rechter er al toe gebracht wordt
om die vrouw tegemoet te komen,
dan zal de goede God dat toch zeker doen.
Maar je moet blijven vertrouwen
en vurig blijven in je gebed
en ook het vertrouwen niet loslaten
dat God heel goed in de gaten heeft
wie je bent, wat je aankunt en wat je nodig hebt
en dat Hij soms redenen heeft
die wij niet kunnen begrijpen
en dat het om dat vertrouwen niet te verliezen
heel goed is om voor ogen te houden
wat God voor je gedaan heeft,
hoeveel je hebt om dankbaar voor te zijn
en dat Hij je de kracht gegeven heeft
om het tot nu toe te volbrengen.
Er zijn verschillende soorten gebed.
Iedereen steekt weleens een kaars op
als iemand ziek is, een examen moet halen
of als we zelf iets mankeren.
Bij die kaars voegen we ons gebed
en dat is heel goed.
Als we voor anderen bidden,
is dat gebed een uitdrukking ook
van onze naastenliefde,
van dat we andere mensen niet vergeten
en in gebed en gedachten bij hen zijn,
ook al kunnen wij hun situatie niet veranderen.
Maar het is ook heel goed
en eigenlijk ook belangrijk
om samen met anderen te bidden,
op de eerste plaats - als dat mogelijk is -
met degenen die in liefde met je verbonden zijn,
want in het gebed druk je
de diepste vorm van verbondenheid met andere mensen uit.
Zo is het zeer aan te bevelen
om samen met anderen te bidden
voor belangrijke intenties.
Dat schept verbondenheid
en we houden het gebed ook langer vol.
In de eerste lezing was dit aan de hand:
De Joden in de woestijn
werden aangevallen door Amalek.
Zij moesten terug vechten
en Mozes klom boven op de top van de heuvel
om voor hen te bidden,
samen met Aaron en Chur,
we hebben het zojuist gehoord.
Mozes bad met opgeheven handen.
Als Mozes zijn armen liet zakken,
ging het helemaal verkeerd met dat gevecht,
maar als hij zijn armen ophief
ging het weer de goede kant op.
Tenslotte ondersteunden Aaron en Chur zijn armen
en werd de strijd gewonnen.
Dit verhaal leert ons dat het niet alleen belangrijk is
om even te bidden voor die of die intentie,
maar dat je moet blijven bidden
en dat het nog beter is
om ook de hulp en het gebed van anderen in te zetten,
want ook in het gebed sta je samen sterker.
Beide lezingen willen ons dus hetzelfde zeggen:
je moet doorgaan, blijven bidden,
niet ophouden
en vertrouwen houden
en bij dat vertrouwen ook altijd een zekere overgave,
zoals Jezus die had in de hof van olijven
waar Hij bad dat Hij Zijn lijden niet zou hoeven ondergaan,
maar tegelijkertijd uitsprak
dat niet Zijn wil
maar de wil van Zijn Vader in de hemel
moest geschieden.
Als je bidt voor jezelf,
probeer dan ook met Jezus te zeggen:
“Heer, als het anders moet zijn,
als dit niet Uw wil is,
geef mij dan in ieder geval de kracht om dit te dragen”.
Jezus heeft ons beloofd dat God ons dan
de heilige Geest zal geven
en dat betekent dat we
als we in die geest kunnen bidden,
alles beter, breder en dieper gaan verstaan.
We zijn gewend in ons gebed
vaak iets aan God te vragen;
en dat is zeker niet verkeerd,
want de Heer nodigt ons er zelf toe uit
wanneer Hij zegt:
“Vraagt en ge zult verkrijgen”.
Daarnaast moeten we zeker
het gebed van lof en dank niet verwaarlozen.
U hebt het misschien zelf wel geleerd,
dat zei de zuster mij tenminste op school:
als je de heilige communie hebt ontvangen,
ga Onze Lieve Heer dan eerst bedanken
en noem de dingen maar op
waar je dankbaar voor bent,
want we verliezen die zo gauw uit het oog.
Bidden.
Blijf bidden, zegt Jezus ons vandaag.
Blijf bidden met vertrouwen
Bllijf bidden met volharding.
Laat je niet ontmoedigen,
gelóóf dat God je het goede zal geven,
dat je in Zijn hart geborgen bent,
ook al heb je pijnlijke en teleurstellende
ervaringen gehad.
Uiteindelijk zal ons blijken
dat God geen hardvochtige rechter
maar een barmhartige Vader is
voor ieder die zich aan hem toevertrouwt.
AMEN.