Legioen van Maria houdt “Acies”-viering
Jaarlijkse hernieuwing van toewijding aan Maria
Op zondagmiddag 23 maart kwamen de leden van het Legioen van Maria van Amsterdam bijeen voor de jaarlijkse Acies-viering, waarin de legionairs hun toewijding aan Maria vernieuwen. Eén voor één kwamen zo'n zestig leden naar voren om deze toewijding persoonlijk uit te spreken voor Maria en met de hand op het Vexillum (standaard of veldteken) als symbool van de geestelijke strijd en de bescherming van Maria. Tijdens de gebedsdienst, voor het Lof dat in de Onze Lieve Vrouwekerk aan de Keizersgracht in Amsterdam plaatsvond, heb ik de volgende overweging over de toewijding uitgesproken.
Overweging over de akte van toewijding
Beste leden van het Legioen van Maria,
Het is mij een vreugde vandaag bij U te zijn en op deze jaarlijkse Acies-dag waarop U Uw toewijding aan Maria vernieuwt, tot U te mogen spreken.
Die toewijding heeft een grote betekenis. Om U die uit te leggen zou ik eerst iets willen zeggen over het evangelie waaraan ik mijn wapenspreuk heb ontleend, het evangelie van de bruiloft van Kana. Maria spreekt daar de laatste woorden die van haar zijn overgeleverd: “Doe maar wat Hij u zeggen zal”. Deze woorden, die zij eens tot de bedienden op die bruiloft sprak, zegt zij in feite tot ons allen: Doe maar wat Jezus U zal zeggen! Dus wees niet bang, handel niet teveel uit menselijk opzicht, laat U niet tezeer beïnvloeden door wat anderen vinden, maar luister naar Jezus. Jongeren lopen weleens met een polsbandje om met de afkorting: WWJD, What would Jesus do? Wat zou Jezus doen, om hen eraan te herinneren om te handelen naar de geest en de bedoeling van Jezus.
Het evangelie van de bruiloft van Kana kent U wel: op aangeven van Maria, worden grote vaten vol water gevuld en Jezus verandert die in een overvloed aan wijn, zodat het bruiloftsfeest doorgang kan vinden. Maar in feite gaat het niet om zomaar een bruiloftsfeest, dit verhaal heeft een diepere betekenis, die door de evangelist wordt aangeduid als die ons verteld dat de bruiloft plaatsvindt “op de derde dag” en dat Jezus door dit wonder “Zijn heerlijkheid openbaarde”. Beide uitdrukkingen verwijzen naar het lijden, sterven en verrijzen van Jezus. Dat wordt nog versterkt doordat Jezus antwoordt op de opmerking van Maria dat ze geen wijn meer hebben: “Vrouw, wat is er tussen U en mij. Nog is mijn uur niet gekomen”. Het “uur” van Jezus, is het uur van Zijn lijden en sterven, het uur van onze verlossing. Dat Maria hier wordt aangesproken met “Vrouw” kan ons vreemd in de oren klinken, maar de evangelist wil ons laten denken aan die eerste vrouw uit het begin, die zich liet verleiden door de slang en van de appel nam en at en er van gaf aan haar man. Een van de oudste kerkvaders, de H. Ireneüs van Lyon, legt de bedoeling van de evangelist Johannes als volgt uit: dat wat ooit was fout gegaan door een vrouw, moest weer goed gemaakt worden door een andere vrouw. Maria moest het kwaad ongedaan maken dat Eva had gesticht. Vandaar dat we in het evangelie van Johannes die benaming “vrouw” opnieuw tegenkomen als Jezus aan het kruis hangt: “Vrouw, zie daar uw zoon”, zegt Jezus tot Maria en met deze woorden heeft Hij aan Maria heel de mensheid toevertrouwt.
Maria werd dus door God geroepen om op unieke wijze aan de verlossing mee te werken, mee te werken aan het heilswerk van Jezus haar Zoon en dat in de Kerk nog steeds te doen. Maria is onze voorspreekster en Middelares, zoals zij dat eens op de bruiloft van Kana was.
Maar niet alleen Maria is geroepen om mee te werken aan de verlossing en ervoor te zorgen dat het heil, de grote genade van de verlossing door Jezus het hart van iedere mens kan bereiken. Wij zijn geroepen – en U bent dat als legionairs op een bijzondere wijze – om met Maria medewerkers van de verlossing te zijn.
Hierin ligt een bijzondere betekenis van de toewijding aan Maria, een bijzondere vorm van Maria-devotie, die door vele pausen is aanbevolen. Deze toewijding aan Maria kan verschillende vormen aannemen. We kennen allemaal wel het gebruik om een kind na het doopsel, aan het einde van de plechtigheid, onder de bescherming van Maria te stellen. Daar betekent die toewijding dus vooral een toevertrouwen aan de moederlijke zorg van Maria.
De toewijding kan herhaald worden bij verschillende gelegenheden, zoals een huwelijk, een retraite, bij ziekte, bij gelegenheid van een bezoek aan een bedevaartplaats, enzovoorts, maar degene die zich dan aan Maria toewijdt, is geen onmondig kind meer en de toewijding heeft dan ook nog meer betekenis dan allen dat bescherming aan Maria wordt gevraagd.
Zo bestaat ook het gebruik om parochies, bisdommen, een land en volk of heel de Kerk onder de bescherming van Maria te stellen. Paus Johannes Paulus heeft dit voor de universele Kerk gedaan bij gelegenheid van het jaar 2000 en ook paus Franciscus heeft dit vorig jaar in een bepaalde vorm gedaan. En paus Pius XII, de Nederlandse Bisschoppen en ook paus Johannes Paulus II hebben een toewijding aan Maria uitgesproken om gehoor te geven aan de oproep die Maria in Fatima had gedaan om Rusland aan het onbevlekt hart van Maria toe te wijden. Zo’n act van toewijding aan Maria is meer dan een onder bescherming van Maria stellen, meer dan een toevertrouwen. “Toewijding aan Maria” betekent niet alleen “onder bescherming stellen van Maria”, maar het is ook een bijzonder verbond met Maria. Wie zich toewijdt aan Maria weet zich geroepen om Maria in haar moederlijke zending bij te staan en in een bijzondere verbondenheid met haar te leven en te werken, om met haar mee te werken aan de verlossing van de wereld. De toewijding houdt in dat men zich wil maken tot instrument in de handen van Maria, instrument van heil in de handen van Maria.
De heilige Louis-Marie Grignon de Montfort (+ 1716), stichter van de Montfortanen en geestelijke vader van het Legioen van Maria en vele andere heiligen, zoals de heilige pater Maximiliaan Maria Kolbe (+ 1941), hebben de toewijding gepropageerd en de spiritualiteit ervan uitgewerkt. De heilige Louis Marie Grignion de Montfort schrijft in het “Tractaat van de ware devotie tot de heilige Maagd” over de toewijding aan Jezus Christus door de handen van Maria en de liefdesslavernij van Christus in Maria, als bevrijding van de slavernij van de zonde.
We weten allemaal dat de zalige paus Johannes Paulus II, die binnenkort heilig wordt verklaard, een grote liefde en devotie voor Maria had. De paus was al erg ziek en zou binnenkort gaan sterven, toen hij op 8 december 2003 zijn laatste grotere document schreef. Dat leest als een soort geestelijk testament. Het is een uitgebreide brief aan de Montfortaanse familie waarin de zieke paus zijn bijzondere waardering uitspreekt voor de toewijding en de “liefdesslavernij” en hij getuigt daarin van de diepgaande invloed die deze spiritualiteit op zijn eigen leven had gehad. De paus haalt hier met instemming de woorden van de heilige Grignon de Montfort aan: “hoe meer een ziel aan Maria zal zijn toegewijd, des te meer zal zij aan Jezus Christus zijn gewijd”.
Dat is het wat U vandaag opnieuw mag doen: U toewijden aan Maria om ook meer aan Jezus Christus, haar Zoon, te zijn toegewijd en te leven vanuit de kracht en de genade van uw doopsel om met Maria mee te werken aan het heil van de wereld.
Van harte wil ik U allen feliciteren met deze dag en met de vernieuwing van Uw toewijding. Moge de heilige Maria, moeder van God en onze Moeder, U steeds bijstaan en van haar Zoon verkrijgen dat U – zoals zij op de bruiloft van Kana – steeds de juiste woorden mag vinden om die tot uw naasten te kunnen spreken en dat U steeds de juiste dingen mag weten te doen om mee te werken aan het heilswerk van Jezus. Daarom wens ik U allen toe dat U mag leven, denken, handelen, spreken in grote eenheid en verbondenheid met haar die Jezus ons als Moeder heeft gegeven.