Probleer die bloem te zien die zelfs op een puinhoop groeit....
De Heer is verrezen! Pasen 2014
Van harte wens ik ieder die dit leest een zalig en gezegend Paasfeest in de vreugde om de verrijzenis van de Heer die ons leven betekenis geeft en het heeft gemaakt tot een voorportaal van iets veel mooiers.
Een sfeervolle Paaswake mocht ik vieren in Bovenkarspel met het koor “In Between”, voor de dagmis van Pasen was ik eerst in Lutjebroek en daarna bij de zusters van Moeder Teresa in Amsterdam, waar ik na de Mis ook de mensen van allerlei nationaliteiten kon ontmoeten die bij de zusters komen eten.
Homilie
De Heer is verrezen!
Deze boodschap herhaalt de liturgie vele keren.
De Heer is verrezen, Hij heeft de dood overwonnen!
“Alleluja”, is de juichkreet van deze dag
en dat bijbelse woord betekent: “Looft de Heer”.
Het is een boodschap die vaak herhaald moet worden,
want zelfs de apostelen en de andere leerlingen van Jezus
hebben er moeite mee om dit te kunnen geloven:
hun Heer en Meester
naar wie ze zo hadden opgekeken
en die als een misdadiger gruwelijk ter dood was gebracht,
was Die werkelijk weer levend?
Was Hij echt opgestaan uit de dood?
We zien in de bijbelverhalen
hoe die leerlingen van Jezus
lange tijd moeite blijven houden
om het echt te geloven, zich daaraan over te geven:
pas als Jezus voor hun ogen iets opeet
of het brood met hen breekt,
zoals Hij bij het Laatste Avondmaal had gedaan,
of hen opnieuw een massa vis laat vangen,
zoals Hij lang geleden had gedaan
toen Hij Zijn leerlingen had geroepen
om hun vissersboot en de netten in de steek te laten
om Hem te volgen, met Hem mee te gaan,
pas dan begint langzaam tot hen door te dringen,
dat het werkelijkheid is:
“Christus is verrezen! Hij is werkelijk verrezen!”.
En echt vol vuur en overtuiging waren zij pas
op het Pinksterfeest,
toen hun de heilige Geest werd gegeven
en Die hen vervulde met liefde, met kracht,
met geloof en vertrouwen.
De apostelen en de andere leerlingen
waren mensen zoals U en ik:
met hun twijfels, hun vragen,
met hun goede en hun slechte dagen.
Zo is het leven, ook voor ons.
Soms zit het mee, soms zit het tegen,
soms voelen we ons goed en sterk,
dan weer ervaren we ons leven als een beproeving,
zijn we bang voor wat gaat komen,
of zien we niet hoe het verder moet.
Ons leven kent “ups” en “downs”.
Nu is de ene persoon gewoon
wat zwaarder op de hand dan een ander.
De een ziet overal oplossingen,
een ander ziet overal problemen,
voor de een is het glas altijd minstens half leeg,
voor een ander is het juist zeker halfvol.
Toch is het niet alleen een kwestie van temperament.
En het is zeker ook niet zo
dat iemand die meer voorspoed lijkt te hebben in het leven,
daardoor ook gelukkiger is.
Je bent niet per se gelukkig wanneer je rijk bent,
maar wel wanneer je je rijk weet,
wanneer je je zegeningen ziet.
Uiteindelijk is het allemaal ook een kwestie
van geloof en vertrouwen.
Geloof je dat alles uiteindelijk ergens goed voor is?
Dat zelfs het kwaad dat overal in de wereld gebeurt,
uiteindelijk een doorgang zal blijken te zijn
naar leven en geluk,
naar vreugde en vrede,
zoals de gruwelijke dood van Jezus aan het kruis
de weg was waarlangs God ons heeft verlost en bevrijdt
uit de dood en de greep en de macht van het kwaad.
Kun je geloven en vertrouwen
dat God uit en door de narigheid,
de tegenslag, de pijn en het verdriet
voor ons een toekomst bouwt?
We worden uitgenodigd om heel het wereldgebeuren
en ons eigen leven te zien
in het licht van het lijden, sterven en verrijzen van de Heer.
De Heer is verrezen!
Toen ik jong was las ik vaak
in de boeken van Willem Frederik Hermans.
Hij was een atheïst, volstrekt ongelovig,
hij meende dat het leven geen enkele zin had
en dat de mensen veel slechter waren
dan ze vaak aan de buitenkant lieten blijken.
Hij schreef veel boeken die zich in de oorlog afspeelde
en een werk dat heet “Het sadistisch universum”.
Had hij gelijk?
Als je de wereld bekijkt, zou je het misschien wel denken.
Hoeveel mensen leven niet
in verschrikkelijke omstandigheden,
waar wij zelfs geen idee van hebben.
Toch zou ik niet in de wereld van Hermans willen wonen,
want het is een wereld zonder hoop,
zonder geloof, zonder vertrouwen.
Al dat negatieve, dat sadisme, heeft bij hem het laatste woord.
Meer is er niet.
Maar er zijn ook mensen die het ander zien.
In de vroegere Sovjet Unie waren door Lenin en Stalin
strafkampen ingericht,
weinig minder gruwelijk dan die van de Duitsers.
In totaal zijn er zo’n 18 miljoen mensen
in opgesloten geweest onder erbarmelijke omstandigheden.
Ze moesten als dwangarbeider werken.
Maar overlevenden van die kampen,
zoals de Russische schrijver Aleksandr Solzjenitsyn
hebben verteld hoeveel kracht
de gevangenen uit hun geloof haalden,
terwijl die maatschappij en de kampleiding
tegen iedere vorm van godsdienst waren.
Op Pasen ging het als een lopend vuurtje
door de kampen,
de doorgefluisterde Paasgroet,
die aanzwol tot een orkaan van geluid:
Christos Voskrese,
Christus is verrezen.
Zo zijn ze er doorheen gekomen.
Ik heb zelf in mijn leven
heel wat mensen ontmoet
die veel op hun bordje kregen,
maar kracht vonden bij God
om er doorheen te komen.
Een moeder die al haar zonen
aan dezelfde erfelijke ziekte zag overlijden,
ouders die hun kindje moesten afstaan
dat ze na jaren wachten nog hadden gekregen,
een man die zijn werk, zijn geld
en toen ook nog zijn vrouw verloor, enzovoorts....
Het kruis kan zwaar zijn,
als er dan geen hoop is
wordt het ondragelijk.
God neemt het kruis niet van je af,
maar helpt je het te dragen.
Wellicht hebben we allemaal wel mensen gekend
met zo’n heel sterk geloof
waarmee ze de grootste moeilijkheden
konden overwinnen.
Dat geloof is dan altijd een vertrouwen
dat het leven sterker is dan de dood,
dat de zin het wint van de onzin,
dat de Heer ons niet voor het kruis behoedt,
maar ons wel de verrijzenis schenkt.
Jezus zegt het Zijn leerlingen keer op keer:
“Vrede zij met je”
“Wees niet bang”.
Natuurlijk zegt Hij dat niet
als er niets is om bang voor te zijn,
als er geen reden is
waarom de vrede uit ons hart zou kunnen weggaan.
De Heer zegt ons dit juist
omdat we zo gemakkelijk vertwijfeld kunnen raken,
het niet meer zien zitten en angstig worden.
“Vrede zij U”
Onze duisternis is als een tunnel,
aan het einde is er licht.
Een christen is dus eigenlijk per definitie
een optimist.
Probeer daarom altijd die ene bloem te zien
die op de ruïnes van het leven groeit
en bovenal: vertrouw dat het geluk en het leven
sterker zijn dan lijden en dood,
want de Heer is verrezen!
Amen