Leven vanuit vertrouwen
Eerste Kerstdag, 25 december 2011
Op de eerste kerstdag horen we niet meer van de herders en de wijzen, de engelen en de stal, maar het gaat over strijd tussen licht en duisternis, over de strijd die we allemaal moeten voeren. Misschien zult U denken: moet dat vandaag? Past dat wel bij het kerstfeest?
Spreek ons van mooie, gezellige, romantische dingen. Maar de wereld is zo niet, en ons leven kent nu eenmaal ook zijn “ups” en “downs” en het evangelie wat we nu hebben gehoord, wil ons eigenlijk zeggen dat het mooie tafereel van de stal, van de geboorte van Jezus in Bethlehem ook een harde realiteit is: voor Hem was er geen plaats onder de mensen, in de herberg, het licht werd door de duisternis niet aangenomen, Hij werd naar de verblijfplaats voor dieren verwezen.
Maar tegelijk is dat een troost voor iedere mens die duisternis ervaart, voor de velen in onze wereld die vluchteling zijn, lijden onder armoede, onderdrukking, oorlog of geweld, en ook voor ons: voor als je je misschien niet zo opgewekt voelt, voor als je aan den lijve ervaren hebt hoeveel kwaad, hoeveel duisternis er in de wereld is, als je kwaad is aangedaan: Hij is naast je komen staan in een weerloos Kind. Het laat Hem niet onverschillig, jouw tranen zijn de Zijne en Hij wil je door Zijn licht verlichten opdat je de hoop in je hart zou bewaren, want alles wat je ziet en wat je overkomt: het gaat voorbij, Zijn liefde blijft. Zijn licht dat in het donker schijnt is een uitnodiging om vertrouwen te bewaren of opnieuw te ontvangen, ook al heb je dingen meegemaakt waardoor je alle vertrouwen zou verliezen.
Natuurlijk denken we in deze dagen bijzonder aan slachtoffers van seksueel misbruik. We moesten als katholieke kerk met schaamte horen dat de aantallen en cijfers van het misbruik binnen de katholieke instellingen niet lager is geweest dan in andere instellingen. Ook niet méér, maar het blijkt wel om hoge aantallen te gaan. 9,7 % van de Nederlandse bevolking boven de veertig jaar geeft aan in zijn jeugd onder misbruik te hebben geleden buiten de familiekring, terwijl uit onderzoeken blijkt dat ook het misbruik in de eigen familiekring zeer hoog moet zijn. Dat komt daar dan nog bij! Het is dus een groot probleem, niet alleen van de kerk, maar van de hele maatschappij. Voor de kerk is het zeer beschamend omdat zij juist als doel heeft de zwakken te beschermen en het evangelie van Gods liefde voor te leven. En dat is niet gebeurd, het leven van onschuldige mensen is beschadigd, soms echt verwoest, de boodschap van het evangelie en van de kerk is met voeten getreden.
Maar wat moet nu onze reactie zijn? Moet je zeggen: die kerk is een criminele organisatie, ik doe er niet meer aan mee? Ik kan me begrijpen dat sommige mensen dat in een eerste opwelling roepen. Maar dan kun je je wel uit de hele maatschappij terug trekken, want die is net zo crimineel. Nee, we moeten juist terug naar die boodschap die het zo duidelijk zegt, naar het licht van de Heer dat in de duisternis van zonde en kwaad heeft geschenen, naar Hem die zegt: “Je kunt beter met een molensteen om de hals in zee worden geworpen dan dat je een van deze kleinen aanstoot geeft”, dat zijn de woorden van Jezus in het evangelie. Zijn boodschap is goed, zelfs de boodschap en de regels van de Kerk waren eigenlijk goed en duidelijk, maar ze moeten worden toegepast en geleefd en dat is niet gebeurd. We moeten de boodschap van het evangelie juist meer beleven, serieuzer werk maken van ons geloof, leven in het licht van de Heer, die altijd bij ons is, dat licht helderder laten stralen.
Jaren geleden heb ik lang iemand begeleid die misbruikt was door een broer. het duurde lang voordat zij het verhaal kon vertellen en alles in zich toe kon laten. Zij tekende veel. Op een dag kwamen we toe aan de vraag: maar waar was Jezus nu toen jou dit overkwam? Zij antwoordde toen al spontaan: “Hij was erbij” maar verder kon zij er niet over praten, op dat moment. Later kwam zij met een tekening - mooi gemaakt, want zij kan goed tekenen -; terwijl het afschuwelijk gebeurde - zij was een kind -, stond Jezus daar met de doornenkroon, zijn handen geboeid en bloedend uit al Zijn wonden, machteloos en gekweld stond Hij daar, maar met een blik vol liefde en medelijden.
Voor slachtoffers is het moeilijk weer vertrouwen te krijgen; daarom bidden we ook om innerlijke genezing voor hen.
God wilde een heel kleine plaats innemen in die stal van Bethlehem en Hij wilde voor ons lijden, daaraan kunnen we zien - als we geloof bezitten - dat Hij ons vertrouwen niet zal beschamen.
Als je kunt zien en vertrouwen dat die blik vol liefde op je rust, dan heb je in de moeilijkste omstandigheden toch ergens weer een houvast, een steun, hoe moeilijk je het toch ook hebt. Dat dit licht ook voor ons mag schijnen als het duister is, dat het mag schijnen in het hart van ieder van ons, dat wens ik U van harte toe: Zalig kerstmis!