”Vandaag ben ik alleen chagrijnig”?
Op vrijdag 29 mei was ik voor de heilige Eucharistie in het seminarie. Het evangelie van de dag was Mc. 11,11-25. Die dag waren ook de laatste colleges van dit studiejaar, volgende week beginnen de seminaristen met de studie en de tentamens. En zaterdag 30 mei worden de beide nieuwe priesters gewijd.
Homilie
Jezus niet goed wijs?
Jezus lijkt niet goed wijs.
Eerst gaat Hij aan een vijgenboom naar vruchten zoeken
in een tijd van het jaar
die helemaal geen tijd voor vijgen is
en de boom wordt dus vervloekt
om iets waar die helemaal niets aan kan doen.
Daarna veegt Hij het tempelplein schoon,
alle handelaren worden weg gejaagd
en Hij staat zelfs niet toe dat iemand enig voorwerp
over het tempelplein draagt.
Het gaat hier over het zogenaamde voorhof van de heidenen,
niet over de eigenlijke plaats van het gebed
die voor de Joden bestemd was.
Bovendien waren de dieren die er werden verkocht
nodig voor de offers in de tempel,
evenals het geld dat een speciaal tempelgeld was
en waarmee de tempelbelasting moest worden betaald.
Die handel was dus nodig voor de eredienst in de tempel
en vond bovendien plaats op een buitenhof.
Het is bijna alsof je met een kraan
de auto’s voor de kerk gaat wegslepen
omdat het parkeren van auto’s niet past voor de kerk.
Het lijkt dan ook volkomen absurd wat Jezus hier doet.
Of is hier iets anders aan de hand?
Op weg naar Zijn lijden
Op de eerste plaats mogen we ons te binnen brengen
dat de pericope van vandaag
zijn plaats heeft in het Marcus evangelie
vlak na de intocht in Jeruzalem,
korte tijd dus voor Zijn lijden en sterven
en Hij is zojuist door de menigte verwelkomd
als de komende in de Naam des Heren.
Het is de Messias, de grootste van alle profeten
die Jeruzalem is binnengegaan,
waar Hij zijn paasmysterie zal voltrekken,
en Hij trekt daar naar de tempel.
Symboolhandelingen
De beide handelingen die Jezus verricht,
het vervloeken van de vijgenboom
en het reinigen van het tempelplein,
zijn dan ook wel
als profetische symboolhandelingen te zien,
zoals we die in het Oude Testament
wel vaker tegenkomen,
bijvoorbeeld bij Hosea
die een overspelige vrouw moet trouwen
als teken dat het volk ontrouw is geworden
aan het verbond met God,
of bij Jeremia die naar een pottenbakker moet gaan
die een mislukte pot kapot slaat
om een nieuwe te maken,
als teken van de verwerping van Israël
wanneer het zich niet bekeert.
Vruchten blijven dragen...
De profetische handelingen van dit evangelie
liggen enigszins in dezelfde lijn.
Niemand kan zich beroepen op zijn rechten,
het volk van God kan niet zeggen:
ik behoor tot het volk van God
en mij kan niets gebeuren.
Je moet vruchten dragen,
daar komt het op aan.
De Heer zal alleen maar kijken naar je geloof
en naar de vruchten die je draagt.
En als je ontrouw wordt, wie je ook bent,
zul je het leven niet hebben,
zul je verdorren.
In feite kun je zeggen:
hoe meer je bent,
hoe hoger je positie is,
des te meer verantwoordelijkheid heb je
om vruchten te dragen;
je kunt niet zeggen:
nu even niet,
deze dag ga ik geen vruchten dragen,
vandaag ben ik gewoon alleen chagrijnig,
nee!
Aan onze levensboom
moeten de vruchten van de Geest blijven groeien
die zijn liefde, vreugde, geduld,
vriendelijkheid, goedheid, trouw, zachtheid,
ingetogenheid (Gal., 5,22-23).
Zeker het is een groeiproces,
we zijn zwakke mensen,
dat geeft ook niet,
als we het maar serieus proberen!
Zeker als priester!
Mensen zijn vaak extra boos en verontwaardigd
als een priester iets fout doet,
meer dan wanneer een ander dat doet.
Je staat als priester voor de Kerk,
je bent het visitekaartje!
Voorhof
De tempel van Jeruzalem was bij uitstek
het teken en de zichtbare gestalte van het verbond
tussen God en Zijn volk.
Daar waren de tafelen van het verbond bewaard,
daar woonde God temidden van Zijn volk.
Dat de Heer het tempelplein van de heidenen reinigt
en dat door deze handeling tot gebedsplaats verklaart,
maakt duidelijk
dat voortaan ook de heidenen
in het verbond tussen God en mensen
besloten zullen zijn.
Het blijft niet beperkt tot één volk,
maar ieder die gelooft en zijn hart geeft
kan tot dit volk van God behoren.
Emeritus paus Benedictus XVI
heeft de zogenaamde
Voorhof van de volkeren ingesteld.
Waarschijnlijk heb je er wel van gehoord.
Het is een initiatief
dat we ook graag in ons bisdom willen gaan doen
met manifestaties, uitvoeringen, dialoog,
om naar alle mensen een uitgestoken hand te reiken:
we willen open staan voor mensen
die misschien geestelijk ver van ons af staan,
we willen met hen in gesprek komen,
uitnodigen.
Het is zeker een oproep aan ons
om onze waardigheid te beseffen
als lid van het nieuwe volk van God,
in contact te treden ook met mensen buiten onze kring,
om vruchten voort te brengen,
niet alleen wanneer het ons ‘seizoen’ is,
maar iedere dag.
AMEN