Arsacal
button
button
button
button


De stal staat open, wie gaat er binnen?

Nachtmis in Sint Jansbasiliek in Laren

Overweging Preek - gepubliceerd: maandag, 25 december 2017 - 1005 woorden
Triptiek van Geert Hüsstege
Triptiek van Geert Hüsstege
De stal staat open, wie gaat er binnen?
Leden van de broederschap van Sint Jan
Leden van de broederschap van Sint Jan

De Kerst­nacht heb ik in de Sint Jans­basi­liek in Laren gevierd. De Heilige Mis waarbij de pastoor Jan Vriend con­ce­le­breerde en diaken Henk Veldhuis assis­teerde, begon om mid­der­nacht en het koor van de basiliek zong prach­tig onder meer Mozart en Gre­go­ri­aans. Er is in de kerst­tijd tot Maria Licht­mis in de basiliek een prach­tig trip­tiek van Geert Hüsstege ten­toon­ge­steld dat de geboorte van Christus voorstelt. Daar­naast is er na­tuur­lijk ook een kerst­stal. De kerk is als een kerst­stal waar ieder welkom is, al klinkt daar ook een oproep tot beke­ring.

Er waren drie druk bezette avond­vie­ringen in de Sint Jan: na een kin­der­vie­ring, volg­den de beide heilige Missen, waar­van de tweede een meer Latijns-Gre­go­ri­aans karakter droeg. Ook daarvoor waren vele hon­der­den mensen geko­men.

 

HOMILIE

De stal is open

Nogmaals harte­lijk welkom deze nacht.
Ie­der­een is hier welkom.
Het is met deze basiliek
als met de stal van Beth­le­hem:
Die staat aan alle kanten open
en ieder kan er zo naar binnen lopen
en je vindt er een­vou­dige mensen:
een kind, een man en een vrouw,
wat dieren en her­ders.

Een kerk: je kunt er zomaar binnen lopen

Zo is het ook met een kerk,
er wordt niet gevraagd wie je bent
en wat je komt doen,
je hoeft niet te betalen,
je kunt er zomaar binnen lopen;
Hier mogen we even op ons­zelf, in de stilte zijn,
hier kunnen we be­zin­nen en huilen,
bid­den, praten en biechten,
ver­ge­ving ont­van­gen en kracht.
We mogen hier ons­zelf zijn,
we hoeven geen schijn op te hou­den,
ons geen rol aan te meten,
we mogen ervaren
dat we hier staan in een ruimte
die veel groter is dan wij­zelf;
en dat we klein zijn, nie­tige mensen
- hoe be­lang­rijk we ook schijnen -,
want alles is breek­baar en broos;
klein in een groot universum
en tege­lijk geborgen in God,
die Vader en die liefde is
en die ons kent.
In tij­den dat het echt moei­lijk is,
doen geld en goed en positie
niet ter­zake,
dan tellen alleen de liefde
van dier­ba­re mensen om ons heen
en onze eigen gees­te­lij­ke kracht,
die Godsver­bon­den­heid.

Hier zijn we allen welkom
op een plek die in zekere zin
een gees­te­lijk thuis voor ons wil zijn,
welkom als in de stal van Beth­le­hem.

Faro her­den­king

Zo heeft deze basiliek
in de afgelopen dagen
weer vele mensen mogen ont­van­gen
die voor de 25e en laatste offi­cië­le her­den­king
van de Faro-ramp zijn geko­men
en de slacht­of­fers hebben her­dacht.

Buiten­staan­ders

Welkom. Dat is kerst­mis,
zo ging het toen ook
in die eerste kerst­nacht.
Niet dat ie­der­een naar de stal was geko­men
of het Kind had begroet.
Nee, dat niet.
Veel mensen zijn toen niet geko­men,
eigen­lijk waren er maar een paar.
Want in het kerst­ver­haal
dat we hebben gehoord,
kwamen we wel allerlei mensen tegen,
maar velen van hen zijn niet geko­men.
Zij waren en bleven buiten­staan­ders,
zoals bij­voor­beeld keizer Augustus,
die vanuit Rome zijn bevelen gaf
en zich er ver­der niet om bekommerde
wat daar de gevolgen van waren;
hij lag er echt niet wakker van
dat een hoogzwan­gere vrouw
op een ezel van Nazareth naar Beth­le­hem moest.
Ook de mensen van Beth­le­hem
bleven buiten­staan­ders
toen aan hun deur werd aangeklopt,
ze voel­den er niet voor
zich in hun leven te laten storen.

Zij hiel­den de deuren gesloten
en kregen dus ook niets meer mee
van wat er ver­der nog gebeurde.
Zij zagen geen engelen en geen Kind,
geen ster of hel­der licht
en hoor­den ook
de vreug­de­volle bood­schap niet,
laat staan dat die hun hart kon raken.
Voor hen was dat er niet, het bestond gewoon niet.

Andere goden


Zeker, dat is ook voor ons een verlei­ding.
We zijn gewoon vaak druk met onze eigen dingen
en er is weinig tijd om naar een ander om te zien,
om je deur te openen.
En we zijn in onze samen­le­ving
er ergens aan gewend geraakt
de god van het geld
en de god van de macht te aanbid­den.
We zitten vaak in een maal­stroom
die ons vraagt te pres­te­ren,
carrière en indruk te maken,
waardoor we af­ge­slo­ten kunnen raken
en op­ge­slo­ten
in onze eigen wer­ke­lijk­heid.

Wie weet wat er zich afspeelt
in een bijstands­ge­zin,
in een gezin waar mis­bruik is en geweld,
onder mensen in oorlogs­ge­bie­den?
En hoe goed kennen we ons­zelf?

Terug­ge­bracht tot de kern


Als Jezus in een goed-bewaakt paleis geboren was,
had niemand kunnen binnen gaan,
maar deze stal
staat wagenwijd aan alle kanten open.
En als we binnen­gaan
zie we een kind, heel gewoon;
alles is er trouwens heel een­vou­dig,
alles is als het ware terug gebracht tot de kern.

Camino

Mis­schien hebt U weleens gelezen
van een viersterren generaal
of een CEO van een grote multi­na­tio­nal
die op bede­vaart ging naar Santiago de Compostela,
de “Camino”, zoals dat wordt genoemd.
Die moet je eigen­lijk lopend doen
en niet te veel mee­ne­men,
want je loopt er na­tuur­lijk maar mee te zeulen
en het is een wekenlange tocht...
Ik heb die verhalen gelezen en trouwens vaker gehoord
van mensen die daardoor veran­derd waren.
Hun status, alles bleef thuis,
ze waren een pelgrim,
zoals ie­der­een
die ze onderweg tegen kwamen.
En dat zijn wij allemaal:
we zijn pelgrims door het leven.
Dat leert Kerst­mis ons:
loop zon­der ballast,
wie los laat,
open staat,
zal het Kind kunnen vin­den.

Er zijn ook mensen die naar Santiago gaan
met onderweg reeds geboekte viersterren hotels,
een busje dat de koffers brengt
van het ene naar het andere adres,
dat hun e-bike ver­voert
en dat ze kunnen oproepen
als ze het lopen zat zijn.
Die mensen beleven eigen­lijk
helemaal niets.

Een keuze

Het kerst­ver­haal houdt ons een soort van keuze voor:
keizer Augustus en de bewoners van Beth­le­hem
of de her­ders en de wijzen?
Gesloten of open,
een­vou­dig ont­van­gend of “in control”?

Zonder bagage
lopen we lichter
en zon­der koffer
ver­trek­ken we uit­ein­delijk van hier.
Als we ons­zelf niet te veel gewicht geven,
zijn we open voor anderen
en komen we beter vooruit.
Dat geldt voor de “camino”,
dat geldt voor ons leven.
Open en een­vou­dig
was de stal van Beth­le­hem;
daar lag het Kind,
in doeken gewikkeld,
zo kost­baar, want Hij
is het mens gewor­den Woord van God.
Dat we Hem mogen vin­den!
Ik wens U allen
een zalig en gezegend kerst­feest!

Terug